In De ondergrondse spoorweg volgen we de vluchtroute van een tot slaaf gemaakte vrouw naar het vrije noorden, op de hielen gezeten door de slavenpatrouille. Ze krijgt hulp van de Ondergrondse Spoorweg, een netwerk van witte bondgenoten. In het echt was die spoorweg metaforisch, maar in de roman maakt Colson Whitehead er een letterlijk ondergronds treinspoor van dat bereikbaar is via geheime doorgangen in de huizen en boerderijen van behulpzame burgers. Het is een geniale vondst van de auteur, een vleugje magisch-realisme dat je door het verder afschuwwekkende verhaal heentrekt. Whitehead had het eerste idee voor de roman in het jaar 2000, maar pas in 2016 kon hij het verhaal voltooien. In onderstaande video vertelt hij waarom.