Geachte minister Schreinemacher,
Het is maar een denkoefening. De Minister-president en de minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking van Chili, of Congo, Suriname, Ethiopië, Vietnam, Marokko, of Pakistan, brengen een routine-bezoek aan Nederland, een bezoek dat in het teken staat van het versterken en verbreden van de bilaterale relatie. De delegatie voert in Vreewijk, Klarendal, Overvecht, Woensel-West en de Bijlmermeer gesprekken met jongeren over hun toekomstplannen, ambities en visie op maatschappelijke ontwikkelingen in Nederland. Tot besluit, na een fotomoment met gewone Nederlanders, spreekt de delegatie in een verklaring haar zorgen uit over de trage afwikkeling van de toeslagenaffaire, over de behandeling van vluchtelingen uit het ene land versus de behandeling van vluchtelingen uit andere door oorlog geteisterde gebieden, over het halfslachtige klimaatbeleid, over Groningen, en dringt aan op beterschap. Immers, handelsovereenkomsten gaan gepaard met zekere condities, voorwaarden en beloften.
Uw post bestaat sinds 1965 en heette aanvankelijk ‘Hulp aan ontwikkelingslanden’. Daarna werd het ‘Ontwikkelingssamenwerking’ – het ongelijkheidsprincipe zit dus van oudsher in uw post ingebakken, hoe welwillend, belangrijk en goedbedoeld het werk tegenwoordig ook is. De aanname, lijkt mij, is (of was) dat ‘het Westen’ historie heeft, de kennis, het geld, het netwerk, het mededogen en de objectiviteit.
Gaan handel en hulp hand in hand? Volgens uw missiestatement wel:
Ik begrijp dat structurele hulp wensdenken is nu de wereldeconomie op de knieën wordt gebracht, maar misschien moet uw ministerie, zolang het kabinet overeind blijft, de internationale economische positie van enkel en alleen ándere, minderbedeelde gebieden eens versterken – met die van Nederland zit het immers wel goed. Niet voor niets kon bijvoorbeeld de Noord/Zuidlijn zo’n 3,1 miljard euro kosten, terwijl Sint-Maarten, Saba en Sint-Eustatius het gezamenlijk met 550 miljoen moesten doen na orkaan Irma, noodsteun die uiteraard met voorwaarden gepaard ging, want corruptie vindt alleen ergens anders plaats.
Ik gun u, mezelf, en al die andere Nederlanders de grondige kennis en het diepgewortelde besef van andere culturele tradities, en een voortdurend, mentaal diep buigen voor de gebruiken, de geschiedenis en het perspectief van allen die u tijdens uw hulp- en handelsmissies ontmoet. Vol op het idealistische orgel – waarom niet – en absolute nederigheid, een eigenschap waar Nederlanders in den vreemde niet per se om bekend staan.
In dit verband denk ik weleens aan de overleden schrijver Harry Mulisch, die eens – ik heb het artikel nooit terug kunnen vinden, ik moet Mulisch dus parafraseren – liet optekenen hoe blij hij was om Europeaan te zijn, of Nederlander, iets van dien aard. Dan kwam je uit het Concertgebouw, de prachtige symfonie van om het even wie galmde nog na in je oren (ik weet niet meer welke componist Mulisch hier noemde) en dan, zo zei hij, zat daar buiten een Afrikaanse man op zo’n trommeltje te slaan. Dan hadden ‘wij’ het toch veel verder gebracht.
De minachting is mij altijd bijgebleven. Begrijp me niet verkeerd, ik suggereer in het geheel niet dat die bij u en uw collega’s te vinden is, maar toch, nederigheid, eerbied, respect, relativering van de eigen positie en erkenning van falen in eigen land, het zijn karaktertrekken die niet genoeg geprezen kunnen worden en die van kardinaal belang zijn in internationale verhoudingen die getekend worden door fundamentele ongelijkheid.
Weet u wat de sterren zeggen? Zelf had ik aanvankelijk geen idee, ik kwam er pas achter door een prachtig boek van de Zuid-Afrikaanse dichter Antjie Krog, die in Met woorde soos met kerse (uit 2002, de titel betekent ‘met woorden zoals met kaarsen’) Afrikaanse vertalingen bijeenbrengt van gedichten uit andere Zuid-Afrikaanse talen. Oude gedichten, die de rijke verscheidenheid en de turbulente geschiedenis tonen van een gebied (en met uitbreiding, een continent) dat door het westen altijd met een zekere meewarigheid en generaliserende blik wordt bekeken. Dit boek lezen is niet alleen kennismaken met leerzame, gloedvolle teksten, maar ook een demonstratie van nederigheid. Naast poëzie in onder meer Zoeloe, Xhosa, Ndebele, Venda en Tswana, reconstrueerde Krog ook een aantal /Xam gedichten of ‘teksten’ uit het nalatenschap van de Engelse taalkundige W.H. Bleek.
Van de San, onze voorouders en oudste bewoners van zuidelijk Afrika, die voornamelijk leefden van de jacht, zijn er niet heel veel over. Zij die er nog zijn, leven veelal in reservaten in Namibië – zo gaan die dingen in de wereld zoals die gerangschikt is. Van de Zuid-Afrikaanse San of /Xam is al helemaal niets meer over, onder andere door toedoen van de VOC. Krog schrijft over de verzamelde teksten:
Wat rotsvas staan, is die gehalte van die gedigte wat as uitstaande beskou kan word. Dit oortref nie net enige iets wat deur ’n swart digter in Engels of Afrikaans geskryf is nie, maar sou ook kon tel onder van die aangrypendste werk wat nog uit die kontinent gekom het. Dit is ’n mondvol, maar as ’n mens die karige versamelings bekyk wat in die naam van Afrika aangebied word en eintlik maar net gedigte bevat wat in die koloniale tale verskyn het, dan weet jy dat ’n keuse soos hierdie maar net die oortjies van die seekoei is.
Krog werkt vanuit een diep doorvoelde eerbied. In haar inleiding getuigt ze van het leerzame en ingewikkelde vertaalwerk dat met hulp van vele kundige Zuid-Afrikaanse vertalers en taalkundigen tot stand kwam. Alleen al de introductie is een voorbeeld van hoe ‘de ander’ écht gezien kan worden, hoe je jezelf als ‘ander’ moet beschouwen, en hoe respect en werkelijke interesse eruitzien – als een vorm van investeren. De belangstelling manifesteert zich in een leergierigheid die kennis genereert en de eigen blik voorgoed kan doen kantelen:
Ontzag en respect in een notendop. Vooral de teksten en liederen van enkele grote /Xam dichters, zoals Dia!kwain en zijn zus !Kweiten ta//ken (de tekens staan voor de karakteristieke klikken in de spreektaal), maken van Met woorde soos met kerse een uniek document.
Wat is de gemiddelde westerling veel kwijt, bedenk je als je een tekst als ‘boesman-voorgevoelens’ van Dia!Kwain leest. In de Nederlandse uitgave Wat de sterren zeggen (2004) zijn naast vertalingen van eigen gedichten van Krog, ook enkele van deze /Xam-gedichten opgenomen. Via een flinke omweg, van vertaling naar vertaling naar vertaling, klinken die voorgevoelens dus zelfs in het vloeiende Nederlands van vertaler Robert Dorsman. Maar hieronder gewoon even in het Afrikaans – ook een vreemde taal lezen en aanleren is immers onderdeel van iedere handels- en hulpmissie:
die boesman se alfabet is geskryf in sy lyf
die letters praat en roer
die letters beweeg die boesman se liggaam
hy beveel al die ander om stil te bly
hy self is absoluut volkome stil
dan voel hy sy liggaam saggies aan die binnekant klop
’n droom praat vals
’n droom kan jou mislei
maar die voorgevoel is dit wat die waarheid praat
die kloppende gewaarwording wat sê: iemand is aan die kom
veral die geklop in ’n wond
as jy loop en die wond begin klop
kan jy die kinders stuur om te gaan kyk
Oupa is in die voetpad op pad na jou toe
dit voel jy in die wond
die wond sê dit aan jou
of as jou ribbes begin klop
dan vat jy jou pyle
want jy voel die swart haartjies op die springbok se ribbes
as jy Brinkkop uitklim
kyk goed tussen die bome
en die groen spruitjies
want die springbok het jy reeds met jou lyf gesien
dan voel jy hoe bloed by jou dye en kuite afloop
asof jy reeds die springbok op jou rug dra
asof die springbok reeds langs jou dye af bloei
daarom wag ek altyd stilweg vir die woorde van my lyf
ek voel in my voete
hoe diere om die hut snuffel
ek voel aan my skedel as ons die horings van die hartebees afkap
ek kry ’n gevoelente van my voorkop af al met die neus langs
soos die donker vlek na die springbok se snoet
ek voel my oë uitswel soos die vlekke om die springbok se oë
as ek iets voel kriewel soos vlooie
weet ek my lyf het ’n volstruis [struisvogel] gesien
ons lê voor die hut
ons lê teen die uitgestrekte Brinkkopberge
dit lyk asof ons slaap
asof ons dut
maar ons lees ons liggame
ons voel alles wat op die pleine beweeg wat verby die hutte trek
die holtes agter ons knieë kry ’n gevoel
en dan wag ons
en dan kom al die dinge na ons toe
In Dorsmans vertaling: ‘het lijkt alsof we slapen/ het lijkt alsof we dutten/ maar eigenlijk lezen we onze lichamen’. Er is zoveel wat wij niet weten, niet kennen, ondanks onze propvolle, over-geïnformeerde levens. Leven in een kwetsbaar gebied maakt je nog niet tot een kwetsbaar mens en daarbij, alles en iedereen ís er al, of westerlingen daar nu ‘oog voor hebben’ of niet. ‘En dan komen al die dingen naar ons toe’: misschien zou u deze regel als een talisman bij u kunnen dragen op een volgende reis.
Wat de sterren zeggen? ‘Tsau’, uiteraard, de sterren zeggen ‘tsau’. Wie goed leert luisteren, zoals /Han=Kasso deed, hoort dat meteen:
die sterre vat jou hart
want die sterre is vir jou nie bietjie honger nie!
die sterre ruil jou hart met ’n ster se hart
die sterre vat jou hart en voer jou ’n ster se hart
dan word jy nooit weer honger nie
want die sterre sê: tsau! tsau!
en die boesmans sê die sterre vervloek die springbok se oë [ogen]
die sterre sê: tsau! hulle sê: tsau! tsau!
hulle vloek die springbok se oë
ek het groot geword luisterend na die sterre
die sterre sê: tsau! tsau!
dis somer wanneer jy die sterre hoor tsau-sê
Met vriendelijke groet,
Alfred Schaffer
, zo heb ik u lief.
De poëzie van Alfred Schaffer wordt alom geroemd om haar meerstemmigheid en schakelt moeiteloos tussen engagement en absurditeit. Schaffer ontving de P.C. Hooft-prijs 2021 en is daarmee een van de jongste laureaten ooit van Nederlands belangrijkste literaire oeuvreprijs. , zo heb ik u lief. alle gedichten tot nu toe brengt twintig jaar dichterschap en negen bundels samen in één band.
Lees meerWat de sterren zeggen
Wat de sterren zeggen bevat een keuze uit de mooiste poëzie van Antjie Krog. Van haar bundels 'Kleur komt nooit alleen' en 'Liederen van de blauwkraanvogel' werden duizenden exemplaren verkocht. Tijdens haar optredens op festivals voegt zij aan de kwaliteit van haar gedichten nog een dimensie toe: die van haar voordracht.
Meer werk van Antjie KrogOver Liesje Schreinemacher
Liesje Schreinemacher (VVD) studeerde Communicatiewetenschap en Rechtgeleerdheid aan de Universiteit van Amsterdam. Ze was onder andere een aantal jaar lid van het Europees Parlement voor de VVD in de fractie Renew Europe. Sinds januari 2022 is Scheinemacher minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking in het kabinet-Rutte IV
Meer informatie