'Wijs me waar de toetsen zitten,/dan speel ik iets voor jou/zonder erbij na te denken,/omdat ik van je hou' zo zong ooit een jonge Herman van Veen, naar de tekst van Rob Crispijn. Rosa Schogt vervulde die opdracht uit de eerste regel in 'Niet in het water dat zo hard kan zijn', het gedicht dat zij op de Nacht van de Poëzie 2019 voordroeg. De toetsen zitten niet in het water, het gras of de tijd, maar in een onberekenbaar moment, een onbekend plek waardoor je 'onverwachts met één vinger' wordt aangeraakt.