Vergeten muren
Ik laat het gebergte achter
voor de lange vingers van de regen
met alle dalen en toppen
met verse melk in de lemen handen van een schaal
Ik laat de Noordzee voor jou achter
en ik vraag aan de golven of ze iets zachter willen zijn
iets warmer
voor de stenen
in je kiel
Amstel laat ik achter
voor mijn vrienden
die mij al een tijd aan het vergeten zijn
die nooit aan een rivier denken die op een eiland lijkt
tussen de lange scheve ramen
zonder gordijn
Ik laat het vers gemaaide gras achter
voor de woestijn
voor op de mistige ogen van de nacht
laat ik de bliksem in je blik achter
Ik laat mijn stem achter
in de warme, vochtige grond
net voordat de zon opkomt
mijn handen plant ik daar
mijn oren laat ik erin zinken
De kleurige tapijten en dromerige tegels
laat ik voor de klauwen van kraaien achter
en de geur van de tuin
voor de aankomende winter
Ik laat de blik van het vuur en het zwijgen van de bries achter
Ik laat alle paden voor de bomen achter
voor hun aarzelende takken
alle vergeten muren
laat ik achter
Ik vertrek
je gaat aan me denken
in regen, in de zon
alsof ik er nooit geweest ben
alsof ik nooit weggeweest ben
als het zand in de zee
als de zee van het zand.