Zomergedichten van Sofie Verdoodt

Sofie Verdoodt schreef voor het ILFU Platform drie wondermooie gedichten waarin ze ons meevoert door verschillende zomerse vergezichten.

Tags

Poëzie
Beeld: Unsplash

Word ILFU Member en steun onze schrijvers en verhalen

Vertel me meer

Lees deze gedichten op een laptop of tablet voor de juiste regelschikking.

Zomer in Den Haag

Gezinsvakantie in een koloniaal hotel
waar een straatfeest ons wekte.
Een keukenmeid gilde, rumoer woei
met de nachtvlinders binnen.
Ouders prikten de kinderen op bed.

We zwierven door de stad.
Als een hond die zijn neus volgt,
kwamen we enkel onszelf op het spoor.

Te midden van vergane glorie
moesten we elkaars lippen openwrikken
boven zeevruchten zo groot als kindervuisten.
Iemand gaf wrokkig de peper door.
Op de menukaart schreven we ‘help’.

Een deel van ons is daar achtergebleven,
door obers geruisloos van tafel geruimd.
Het meisje met de parel zwaaide niet terug.

Ik rilde in een oesterschelp.

Zomer op Lesbos

Je vader, vastgebonden aan de mast,
hoorde Europa zingen. Als Odysseus
die ook ging voor gezinshereniging?

Zag je de strandzeilen wapperen vanuit de verte
als kleurrijke vlaggen van alle landen die jou,
eens de voeten op de grond, zouden droogdeppen
en troosten:

toe, stil maar.
Maar stil ben je nu wel.

De zee wiegt jou in slaap
en haar diepe blauw is voor altijd in jou,
want je bent weer geboren,
in omgekeerde richting dan.

Op het strand dromen toeristen,
de armen achter het hoofd gevouwen,
alweer niet over jou

nu al generaties lang.

Zomerwende

De dieren knepen hun ogen tot spleetjes.
Ik zette de deur van de kooi op een kier.
Traag waaide het venster op de wereld open.

Achter me: het slachtmes dat blonk in de zon.
Een klomp deeg werd gewurgd op een schoot.
Ook ik werd gekneed, tot mijn weerwoord
verkruimelde in mijn oor.

Voor me: het leven, ver weg van hier.
Een Verzameld Werk waar ik, prille lezer,
nog maar pas in begon.

We schrijven het jaar 1989, de zon stond pal
boven de Kreeftskeerkring.
Ik groeide dit gedicht uit, zo snel als ik kon.