Vandaag is het twintig jaar geleden dat de aanslagen op 9/11 plaatsvonden en tot op de dag van vandaag worstelen we met de gevolgen ervan. Niet alleen omdat het een barst vormde in het veel te optimistische zelfbeeld van het Westen, maar ook omdat we anno 2021, met de nijpende situatie in Afghanistan, nog steeds te maken hebben met de consequenties van de aanslagen.
Er zal vandaag in pers en talkshows ongetwijfeld het een en ander over 9/11 worden geroepen, maar u en ik weten allebei dat de beste manier om op een gebeurtenis van zulke omvang te reflecteren, de literatuur is. Literatuur veroordeelt niet, biedt ruimte om te bevragen, belicht onverwachte kanten, legt verbanden die in persbericht, essay of kamervraag over het hoofd worden gezien en, belangrijker nog, literatuur stelt de menselijke ervaring centraal.
De indrukwekkendste werken over cruciale gebeurtenissen in de wereldgeschiedenis worden pas decennia later geschreven. Denk aan Oorlog en Vrede van Tolstoj, dat zestig jaar na de Napoleontische invasie in Rusland verscheen, denk aan Kurt Vonneguts meesterlijke Tweede Wereldoorlogroman Slaughterhouse-Five die pas in 1969 werd gepubliceerd. Kunstenaars hebben tijd nodig om gebeurtenissen te verwerken, kunst heeft afstand nodig, zowel in emotionele als temporele zin.
Mij werd door het geliefde ILFU gevraagd om een lijst samen te stellen van elf romans over elf september, en waarom iedereen deze zou moeten lezen. Ik heb de vrijheid genomen om deze opdracht iets breder aan te pakken. Niet alleen omdat er nog geen elf geslaagde romans over de aanslagen zijn verschenen, maar ook omdat er werken zijn waarvoor ik u wil waarschuwen, zodat u er geen tijd mee verliest. U bent immers net als ik sterfelijk en verdient het om uw uren alleen met de allerbeste geschriften te vullen.
Om toch tot een kwalitatief hoog gemiddelde te komen heb ik ten slotte nog twee gedichten in deze top 11 opgenomen, omdat poëzie de meest superieure vorm van literatuur is.
1. Extremely loud and incredibly close (2005)
Jonathan Safran Foer
Laten we beginnen met Extremely Loud and Incredibly Close (2005) van Jonathan Safran Foer. Daar komen we niet onderuit. In het post-9/11 New York gaat een jongetje dat zijn vader door de aanslagen verloor, op zoek naar een laatste teken van hem. Deze roman is in zoverre interessant dat het heel duidelijk de fragmentatie toont die na de aanslagen het westerse denken beheerste. Niet voor iets zijn er verschillende tekstsoorten en afbeeldingen in opgenomen. Het toont de worsteling, niet alleen van de auteur maar ook van de mens, om de aanslagen te duiden, zin te vinden, betekenis toe te kennen. Deze roman is op zijn sterkst wanneer Foer het klein houdt, en de emotionele consequenties van 9/11 centraal stelt.
2. In the Shadow of No Towers (2003)
Art Spiegelman
Ik smokkel hier een beetje, want dit is een grafische novelle, maar wel een van de sterkere werken over elf september. Spiegelman, bekend van de epische strip Maus waarin hij verhaalt hoe zijn vader Auschwitz overleefde, doet in felle tekeningen verslag van de aanslagen. Als ooggetuige (spiegelman woonde in New York), als man met joodse wortels, en als vader, aangezien zijn dertienjarige dochter vlak bij de Twin Towers op school zat. Net als Extremey Loud is dit een warboel van ideeën maar ook, en dat is het knappe, het eerste literaire werk dat kritische verbanden legt tussen Amerika’s buitenlandbeleid en de terreurdaad.
3. Saturday (2006)
Ian McEwan
Een roman die net als Mrs Dalloway en Ulysses slechts één dag beslaat, in dit geval een die draait om de wat oudere Britse arts Henry Perowne. Op de dag van de Irakdemonstratie in Londen heeft Perowne een ogenschijnlijk futiele confrontatie met een jonge crimineel die grote gevolgen gaat hebben voor hem en zijn familie. Wat McEwan hier knap doet is een tijdsgeest weergeven. De zelfvoldane Perowne snapt niet dat niet iedereen verliefd op hem is, dat anderen het niet zo goed hebben als hij, wat voor agressie dat met zich meebrengt. Wat resteert is onbehagen, van iemand die zich ten onrechte veilig waande, die zich afvraagt waar zijn eigen verantwoordelijkheid ligt.
4. The Good Life (2006)
Jay McInerney
The Good Life van Jay McInerney (2006) draait om de reactie van de New Yorkse upper class op de aanslagen. Aanvankelijk is iedereen geschokt en ervan overtuigd dat dit een gamechanger is, maar algauw verliest men zich weer in de eigen sores, het vreemdgaan, het maken van decadente tripjes en de obsessie met het eigen uiterlijk en imago. Het is een behoorlijk nihilistisch verhaal, dat tegelijkertijd scherp toont hoe weinig indruk de aanslagen maken op de allerrijksten, hoe het een ver-van-hun-bed-show is, zelfs als het om de hoek gebeurt.
5. Falling Man (2007)
Don Delillo
Dan komen we hier bij mijn eerste rode kaart: Falling Man, van Don DeLillo. Een elf septemberroman waar u misschien naar zou grijpen op basis van DeLillo’s geslaagde eerdere werk, dat regelmatig terrorisme als onderwerp had. Misschien is uw nieuwsgierigheid ook wel gewekt omdat DeLillo hierin onder andere in de huid kruipt van een van de kapers, Hammad. Dat laatste is problematisch.
DeLillo behandelt hier alleen diens worsteling met het einde, amper met zijn motieven, wereldbeeld of, misschien best belangrijk, leven. De mens wordt gereduceerd tot één enkele daad, tot een sentimenteel stereotype. En dan is ook de stijl nog eens om te huilen. Om het maar met De Washington Post van 13 mei 2007 te zeggen : ,,The prose here [in Falling Man, E.D.] often reads as if it were an entry in the annual Bad Hemingway competition, or perhaps a parody of Joan Didion at her most strained and breathy.” Auw.
6. Eleven (2006)
David Llewellyn
Nu we toch aan het waarschuwen zijn: Eleven (2006) van de Welshe auteur David Llewellyn, is ook geen aanrader. Het wordt verteld vanuit een reeks e-mails van een man die klaar is met zijn kantoorbaan en zich beklaagt over zijn werk, liefdesleven en, nou ja, zijn hele bestaan. En dan vindt 9/11 plaats en wordt de hele boel op stelten gezet. Eigenlijk alleen de moeite waard omdat je al lezende je afvraagt wanneer de aanslagen nou eindelijk eens tot de hoofdpersoon doordringen, maar inhoudelijk slaat het geen deuk in een pakje boter.
7. The emperors children (2006)
Claire Messud
Nu u dan toch tijd bespaard heeft door Falling Man en Eleven over te slaan, is het tijd voor iets dat wél de moeite waard is: de roman The Emperors Children (2006) van Claire Messud. Net als bij McInerney voert Messud allerlei rijke, geprivilegieerde New Yorkers ten tonele waar ze vervolgens in een zalige vileine stijl korte metten mee maakt. De roman gaat over de kloof tussen het echte leven en het kunstmatige bestaan van de kosmopoliet. Alom geprezen als een van de beste 9/11-romans, door de manier waarop Messud satire laat botsen met de grauwe werkelijkheid van de aanslagen.
8. Moussa of de dood van een Arabier (2015)
Kamel Daoud
De meeste elf septemberwerken draaien om witte hoofdrolspelers. Je zou haast vergeten dat 9/11 ook het startschot betekende voor wereldwijde moslimhaat, xenofobie en racisme. Dat was ook toen al niets nieuws, maar het werd na 9/11 alleen nog maar erger. Een Armeense vriend van mij, overigens een atheïst, werd na de aanslagen opeens door discotheken geweigerd. Soms denk ik dat de aanslagen de ingrijpendste gevolgen hadden voor mensen met een Arabisch uiterlijk.
In Moussa of de dood van een Arabier (2015) kruipt de Algerijnse schrijver Kamel Daoud in de huid van de Arabier uit De vreemdeling van Albert Camus. In zijn roman reflecteert Daoud op wat het betekent om een Arabier te zijn en welke rol de Islam maar ook het Westers Imperialisme daarbij spelen. Hij biedt een tegenstem, een nieuwe blik op wat het betekent om de Ander te zijn, een broodnodige invalshoek voor wie zich verdiept in elf september.
9. Het Achterhuis (1947)
Anne Frank
Vlak na de aanslagen kwam in de Amerikaanse media de vraag op welk boek nu perfect de toestand van de Verenigde Staten na 9/11 wist te vatten. Opmerkelijk genoeg werd regelmatig Het Achterhuis van Anne Frank genoemd. Misschien omdat Amerika altijd mild geobsedeerd is geweest met de Tweede Wereldoorlog (de meeste holocaustmusea vind je in de U.S.), misschien door de grote joodse diaspora. Hoe dan ook, ik zou het afraden om het dagboek te lezen vanuit de 9/11-blik. Dat doet geen van de slachtoffers, van zowel de Holocaust als de aanslagen, recht.
10. September 1st, 1939
W.H. Auden
Wat wél een tip is: het gedicht ‘September 1st, 1939’ van W.H. Auden, net als het dagboek van Anne Frank decennia voor 9/11 geschreven, maar na de aanslagen massaal gedeeld en door diverse kranten afgedrukt, omdat het werd beschouwd als profetisch, én als een tekst die de angstcultuur die vlak na elf september ontstond, sterk weergeeft. Geschreven in 1939 over de grimmige sfeer van de naderende Tweede Wereldoorlog, klinkt het gedicht nog steeds behoorlijk actueel in de 21ste eeuw: ‘Into this neutral air / Where blind skyscrapers use / Their full height to proclaim / The strength of Collective Man’. Brrrrr.
11. Een foto van 11 september (2005)
Wisława Szymborska
En laten we dan, nu we toch bezig zijn, ook afsluiten met poëzie. In het gedicht ‘Een foto van 11 september’ beschrijft de Poolse dichteres en Nobelprijswinnaar Wisława Szymborska de foto’s van de mensen die uit de brandende WTC-torens sprongen om aan de rook en vlammen te ontkomen. “De foto”, zo schrijft ze, “hield ze levend tegen”. Het is een moment tussen leven en dood. “Elk van hen is nog een geheel / met een persoonlijk gezicht / en bloed dat goed verborgen is.” Daarmee slaat ze de spijker op de kop. Er zijn geen beelden van de doden van de aanslagen. De falling men leven nog als ze springen, er zijn geen beelden van de pletter geslagen of uit het puin opgegraven lichamen, waardoor de 2996 doden in zekere zin ook abstract blijven. Zich blijven bevinden in een gebied tussen leven en dood. Szymborska besluit met: “Ik kan maar twee dingen voor hen doen - / die vlucht beschrijven / en geen laatste zin toevoegen.” Amen.