Toen na de Olso-akkoorden ook steeds meer aandacht kwam voor de hedendaagse Israëlische schrijvers, zag ik een toneelbewerking van een roman van Amos Oz, Black Box. De Egyptisch-Nederlandse acteur Sabri Saad al Hams, met wie ik bevriend was geraakt, had me uitgenodigd om naar het stuk te komen kijken, hij speelde daarin een orthodoxe Jood. Verschillende Israëli’s uit alle lagen van de samenleving lagen twee uur met elkaar in de clinch over van alles en nog wat; Sabri speelde zijn rol met verve. Later zou ik een rol voor hem schrijven waarin hij een Palestijn speelt; de monoloog Jasser die gaat over een acteur Jasser Mansour die in Nederland de rol van Shylock uit Shakespeare speelt. Maar liever speelt hij Jasser Arafat.
Een verhaal van liefde en duisternis is het meestwerk van Amos Oz waarin hij voor het eerst over de zelfmoord van zijn moeder schrijft; maar het is geen sentimentele roman. Het is een harde roman omdat het gaat over propaganda, indoctrinatie, fanatiek nationalisme, religieuze haat – Amos Oz ontziet zichzelf niet, de zionistische opvoeding van de hoofdpersoon was ook zijn opvoeding. Laag voor laag wordt afgepeld om tot de kern van menselijkheid te komen, het bittere gevecht tussen liefde een duisternis. Hij beschrijft ook de stichting van de Staat Israël, het effect dat het had op zijn generatie, de ontwikkeling van slachtoffer naar dader.