6 boeken over queer ouderschap: tips door Renée van Marissing

Hoewel kinderen in een regenbooggezin natuurlijk niet harder huilen dan de rest, brengt queer ouderschap wel wat extra uitdagingen met zich mee. ‘Gelukkig zijn er boeken waarin ik anderen ook zie worstelen’, schrijft Renée van Marissing. Zelf schreef ze in 2021 het boek Onze kinderen, een prachtige vertelling over familie, verlies en de vraag wat ouderschap behelst. Vandaag tipt ze zes boeken en een theaterstuk die de verschillende dimensies van queer ouderschap belichten, waaronder die van auteurs Constance Debré en Saskia de Coster die tijdens Exploring Stories op 28 september met elkaar in gesprek gaan.

Tags

Verplichte kost Queer Ouderschap
Foto: Bart Grietens

Word ILFU Member en steun onze schrijvers en verhalen

Vertel me meer

Binnen de muren van mijn huis voel ik me zelden een queer ouder, wel regelmatig een zeurende moeder, een begrijpende ouder of een ongeduldig mens. Kinderen in een regenbooggezin huilen niet harder en niet minder hard als ze iets moeten wat ze niet willen of iets niet mogen dat ze wel willen.

Dat gezegd hebbende, natuurlijk verschilt queer ouderschap op punten van hetero ouderschap. De (weg naar de) conceptie van het kind bijvoorbeeld, dat is bij queers een ander en doorgaans minder vanzelfsprekend proces.

Daarnaast is het ook de blik van de maatschappij waar ‘m het verschil zit. Op het consultatiebureau, waar er ‘geen hokje’ voor mij was en ik bij gebrek aan beter dus maar werd aangemerkt als stiefmoeder van mijn kind, of in een café, waar een vrouw aan mijn zoon vroeg of hij het leuk had, met zijn moeder en zijn oma (ik). Op dat soort momenten voel ik me opgelaten over het moeten uitleggen en verdedigen van de plek die ik inneem. Er zijn veel mensen die zich onze gezinsvorm lastig kunnen voorstellen, los van wat men er al dan niet van vindt. 

Zowel binnen als buiten mijn huis ben ik vooral iemand die haar kinderen achternazit om ze te knuffelen en wanneer ze roepen ‘nee, mama!’, weet en voel ik dat het allemaal goed is.

Gelukkig zijn er boeken waarin ik anderen ook zie worstelen. Een worsteling die soms herkenbaar is en soms helemaal niet.

De boeken die ik heb gekozen voor dit lijstje belichten verschillende facetten van het ouderschap; biologisch en niet-biologisch ouderschap, gedeeld ouderschap, stiefouderschap, grootouderschap, ongewenst (al dan niet biologisch) ouderschap etc.

In willekeurige volgorde hier mijn aanbevelingen:

1. Eva Baltasar – Boulder (2020), vertaald uit het Spaans naar het Engels door Julia Sanches

‘I want a baby, Samsa says, our baby. Your baby. She says this and I feel nothing, like I’ve drunk arsenic.’ Boulder, scheepskok en het hoofdpersonage in deze gelijknamige novelle, zit er niet op te wachten ouder te worden, maar ze weet niet hoe ze nee moet zeggen, en dus wordt ze meegesleept het ouderschap in.

In IJsland, waar de vrouwen zijn gaan samenwonen, wordt de eenzaamheid van Boulder en het proces van (ont)hechting in een vaste en poëtische taal (Baltasar is van origine dichter) verteld.

2. Bernardine Evaristo – Meisje, vrouw, anders (2019), vertaald uit het Engels door Lette Vos

Van de zes boeken in dit lijstje, werd ik door deze roman het meest de wereld van de personages in getrokken. Het is een zogeheten mozaïekroman, waarin de levens, geschiedenissen, dromen en relaties van twaalf, voornamelijk queer, personages van kleur met elkaar vervlochten zijn. Meisje, vrouw, anders beslaat meerdere decennia en plekken op de wereld, en snijdt thema’s aan als identiteit, afkomst, kunst, emancipatie, vriendschap en ouderschap.

Evaristo won in 2019 de Booker Prize voor dit boek.

3. Constance Debré – Love Me Tender (2023), vertaling uit het Frans door Saskia Taggenbrock

Constance Debré knalt er op de eerste pagina direct vol in wanneer ze de vraag opwerpt waarom een moeder en een zoon, net als andere vormen van liefde, niet zouden mogen ophouden van elkaar te houden.

In registrerende, bijna afgemeten stijl volgt de geschiedenis van hoe het hoofdpersonage uit het min of meer autobiografische Love Me Tender door haar ex-man uit de ouderlijke macht wordt ontzet. De aanleiding? Ze valt nu op vrouwen, of ‘meisjes’, zoals ze zelf zegt.

Een messcherp en verdomd pijnlijk boek.

Meer weten over dit onderwerp? Op Exploring Stories gaan Constance Debré (Love me tender) en Saskia de Coster (Nachtouders) met elkaar in gesprek:

Constance Debré en Saskia de Coster over (non-)chosen families en de grenzen van vrijheid binnen gezinsconstructies

Auteurs Constance Debré en Saskia de Coster gaan in gesprek over queer zijn, (niet biologisch) ouderschap en hoe de maatschappij daar mee omgaat. Daarbij komt ook onvermijdelijk de vraag op: hoeveel vrijheid geeft de literatuur (deze) schrijvers om vorm te geven aan hun bestaan?

Lees meer over dit thema

4. Ali Smith – Meisje ontmoet jongen (2008), vertaald uit het Engels door Hi-en Montijn

Dit boek smokkel ik hier een beetje tussen, want het gaat niet over queer ouderschap, maar de eerste zin in het boek is: ‘Ik ga jullie vertellen over toen ik een meisje was, zegt grootvader,’ dus ik vind het kunnen het boek in dit lijstje op te nemen. Queer grootouderschap, dus.

Deze novelle is een vrije bewerking van de mythe van Iphis, een meisje dat door haar ouders werd opgevoed als jongen.

Smith gaat meesterlijk met de tijd om, de tijd is in haar teksten immer vloeibaar. Daarnaast gaat Meisje ontmoet jongen, net als haar andere werk, over de kracht, het plezier en de noodzaak van het vertellen van verhalen.

5. De Argonauten – Maggie Nelson (2015), vertaald uit het Engels door Nicolette Hoekmeijer

De Argonauten is een essayistisch boek over de (geschiedenis van) de liefde tussen haar en haar partner, kunstenaar Harry Dodge. Ze krijgen samen een zoon, en Harry heeft al een zoon uit een eerdere relatie, Nelson wordt moeder en stiefmoeder.

Er zitten vele interessante overpeinzingen en anekdotes in De Argonauten, zoals de vraag die Nelson opwerpt, of er niet iets ‘inherent queers’ is aan zwanger zijn. ‘Hoe kan een ervaring die zo ongekend vreemd en heftig en transformerend is tevens een ultieme vorm van conformisme symboliseren, of die zelfs zijn?’

6. Nachtouders (2019) – Saskia de Coster

Saskia en Juli zijn, met dank aan donor Karl, sinds een jaar ouders van Saul. Met z’n drieën bezoeken ze Karl op het Canadese hippie-eiland waar hij is opgegroeid.

Er zit voor mij een grote herkenbaarheid in Nachtouders, zoals de zoektocht naar een donor en vervolgens naar de plek die je als niet-biologische moeder inneemt, volgens jezelf, volgens je partner, volgens de buitenwereld. Saskia twijfelde al over het überhaupt krijgen van een kind: ‘Zij is niet voor kinderen en niet tegen kinderen. Zover gaan haar gevoelens niet eens.’ Hoe krijgt haar ouderschap vorm? Lezen!

En als laatste wil ik graag een theatertip geven: gaat allen naar Who’s fraid of Oscar Wilde van Compagnie Red Yellow & Blue. De ondertitel van de voorstelling is: ‘Een keukentafelkomedie over een (on)doordachte kinderwens’. Maar naast lachend, zat ik ook met tranen in mijn ogen in de zaal.

De voorstelling is geselecteerd voor het Theater Festival in september, en tourt in 2024 en 2025 door Nederland en Vlaanderen. Klik hier voor meer informatie en de speellijst.