Paarse vrijdag: 10x boeken en kunst die laten zien dat we allemaal anders zijn

Pepijn Keppel schreef De laatste man (2022), over zijn eigen eenzaamheid in zijn zoektocht naar zijn identiteit en seksualiteit in een onveilige omgeving. Voor ILFU verzamelde hij niet alleen de boeken, maar ook voorbeelden uit andere kunstvormen die hem nieuwe perspectieven bijbrachten en laten zien 'dat we allemaal anders zijn, in plaats van hetzelfde.'

Tags

Lijstjes Pride
Foto: unsplash

Word ILFU Member en steun onze schrijvers en verhalen

Vertel me meer

Ik heb me altijd anders gevoeld

Ik bedoel niet het soort anders waaraan een zekere waarde wordt toegekend. Niet het jongetje op school dat toevallig virtuoos Beethoven kon spelen, die bovengemiddeld kon hockeyen of rekenen. Ik was anders op een manier waarop niemand anders wilde zijn.

Ik danste op roze hakjes en in tutu op muziek van K3.

Ik bouwde in Franse beekjes dammen van gladde stenen.

Ik spaarde voor duiklessen op vakantie, terwijl iedereen zijn geld uitgaf aan Björn Borg-onderbroeken.

Ik was eenzaam.

Ik keek niet naar Baantjer of Ajax.

Ik ging op trainingskamp met de Nederlandse hockeyselecties.

Ik kon mijn gedachtes alleen dempen met paracetamol en tijgerbalsem.

Ik las.

Ik voelde me anders tot ik inzag dat ik niet anders was. Dat moment was een paar jaar na mijn coming-out, toen ik twee relaties had versleten en ik van iemand het boek Zwemmen in het donker van Tomasz Jedrowski getipt kreeg. Het boek beschreef precies wat ik voelde, wat ik al die tijd had ervaren, en daardoor genas ik van het idee dat ik anders zou zijn; er was een personage precies hetzelfde. Ik was niet meer alleen, dat was al die tijd een vergissing geweest.

Er wordt vaak tegen me gezegd dat literatuur is als een spiegel of houtvuur; je kunt jezelf erin zien of eraan warmen. Toen een vriend eind juli voor de tweede keer op rij de prijs voor het beste regenboogboek van het jaar in ontvangst nam, herhaalde hij die metafoor in zijn dankwoord. Een boek als antidotum tegen de eenzaamheid. Wonderschoon. En verstikkend.

Sinds Zwemmen in het donker las ik veel queerboeken, maar ik merk steeds vaker dat ik mijn eigen spiegelbeeld ook zat raak. Literatuur is veel meer dan een spiegel of houtvuur, het is ook een venster waardoor je een ander leven kunt ervaren, doorvoelen. Dus toen ILFU vroeg of ik een lijst met tips wilde opstellen voor de Pride, dacht ik: ja, maar ik wil vooral dat het boeken, kunstenaars, fotografen, films, series en platen zijn die voor iedereen een nieuw perspectief kunnen bieden. Allerlei publicaties waardoor je juist kunt inzien dat we allemaal anders zijn, in plaats van hetzelfde. Noem het een antidotum tegen de herkenning.

1. Tomasz Jedrowski - Zwemmen in het donker (2022, vertaald door Lucie Schaap & Maaike Bijnsdorp)

We zijn in het Polen van de jaren 80. Twee jongens leren elkaar kennen op een verplicht landbouwkamp. De roman is op elke manier broeierig. Hun onuitgesproken liefde, het politieke klimaat, de continue dreiging van het Sovjetregime, het verlangen naar vrijheid. Het is te makkelijk dit boek af te doen als een queerboek; Zwemmen in het donker is een schitterend en tegelijkertijd pijnlijk tijdsbeeld van mensen die zichzelf willen zijn in een wereld die niet voor hen is. Een situatie die in veel landen helaas nog lang niet tot het verleden behoort.

2. It's a Sin (2021)

We blijven nog even in de jaren 80, maar dan in het vrijgevochten Londen. Ritchie Tozer (Olly Alexander) vlucht van het conservatieve, homofobe Isle of Wight naar de Engelse hoofdstad en komt terecht in een woongroep voor jonge queerpersonen. Ritchie is eerst nog wat onwennig, maar versmelt naar mate de serie vordert met de gayscene. In hetzelfde tijdsgewricht smeult aids als een veenbrand. De woongroep blijft in eerste instantie gespaard, alsof ze immuun lijken voor de nieuwe ziekte. Maar tegen de tijd dat je enigszins begint te houden van alle personages, wordt de angst dat ze zullen wegvallen ook steeds groter. Een meesterlijke serie over de angst voor een ziekte die pasverworven vrijheden van de queergemeenschap opnieuw onderdrukt.

3. Philippe Besson - Lieg met mij (2023, vertaald door Martine Woudt)

Ik houd van Philippe Bessons boeken, omdat de aanwezigheid van afwezige personages een bepaalde melancholie opwekt die ik moeilijk kan weerstaan. In Lieg met mij (och, wat een fenomenale titel) lijkt het even alsof het hoofdpersonage zijn eerste liefde ziet lopen in een hotellobby nabij Bordeaux, waarna hij mijmert vervalt in herinneringen over hun samenzijn. Hoe ze elkaar als jongvolwassenen voor het eerst in het geheim ontmoetten, hoe ze naar elkaar verlangden terwijl dat op het Franse platteland onmogelijk tot uiting kon komen. De een kiest voor de vrijheid, de ander voor de vergetelheid. Een heerlijke, hartverscheurende novelle waarin opnieuw wordt benadrukt hoe ingewikkeld het kan zijn om niet tot de heteronormatieve norm te behoren. Voor de hetero’s onder ons: zie het als een mogelijkheid door een ander venster te kijken, in plaats van naar je spiegelbeeld.

4. Guy Vording - Gay again for one night (2021)

Wit laken, kandelaar, fonkelende kroonluchters. Een man zit aan een gedekte tafel, hij leunt iets voorover, lijkt een trek te nemen van een sigaret. Er staan meerdere wijnglazen op tafel, maar er zijn geen andere gasten. Het beeld is donker, grauw, onheilspellend, nostalgisch, alsof het is weggeslopen uit en naoorlogse speelfilm. Alleen de titel van het werk is uitgelicht; Gay again for one night, staat er. Kunstenaar Guy Vording werkt met oude bladzijden uit Life magazine uit de late jaren 40 en begin jaren 50 waarop hij delen verhuld met lagen zwart grafiet. Wat overblijft vormt een nieuw verhaal, soms met een dubbelzinnige queergerelateerde boodschap die op geen enkele manier goed te beschrijven valt, maar je het best kunt voelen; de poëzie van gruwelijke eenzaamheid.

Guy Vordings werk is bij galerie dudokdegroot te zien op afspraak, in het najaar exposeert hij bij Art on Paper in Brussel.

5. Édouard Louis - Veranderen: methode (2022, vertaald door Jan Pieter van der Sterre & Reintje Ghoos)

Als iemand me vraagt naar mijn jeugd in de kast, lees ik het liefst deze passage uit Veranderen: methode voor: ‘Wat ik je ook niet heb verteld is waarom ik op de middelbare school niet mee wilde gaan skiën. (…) Jij drong aan. Ik zei weer nee, ik bleef hardnekkig weigeren. Niemand begreep het. Ik loog, ik zei dat ik geen zin had en dat skiën me niet interesseerde en jij wond je op, je zei dat ik het niet wist, ik kon niet zeggen dat ik het niet leuk vond want ik had het nog nooit gedaan. De reden heb ik je niet verteld; ik wist namelijk dat tijdens de skireis werd overnacht in slaapzalen, dat ik een paar dagen achtereen zou slapen op een kamer met andere jongens van de school, en dat het dezelfde jongens waren die me op het schoolplein een homo noemden, die me zonder reden, gewoon voor de lol, meppen gaven als ze tussen twee lessen door langs me liepen op de gang, die briefjes in mijn tas lieten glijden met ‘Val dood homo’, en die mompelden van teleurstelling als ze me met gym in hun team moesten opnemen. Ik heb je nooit verteld dat ik niet mee wilde gaan skiën omdat ik bang was. Omdat die jongens me bang maakten. Ik heb je niet verteld dat ik natuurlijk als ieder kind ervan droomde om de sneeuw en de bergen te zien.’

6. Parcels - Day/Night

Wat is zichtbaar? En wat beweegt onder de oppervlakte? Wat ziet het licht? Wat blijft achter in de duisternis? Day/Night van de Australische band Parcels is een ongelofelijk symbiotisch geheel, een dubbelalbum waarin lichaam en geest tegenover elkaar worden geplaatst. Toen het twee jaar geleden verscheen, voelde ik meteen wat ik al mijn hele leven afvraag: wat kan ik laten zien aan de buitenwereld? Wat houd ik verborgen? Hoe verhoud ik me tot de buitenwereld zodat niemand zou kunnen zien dat ik anders ben? Deze plaat is meer dan een funky, poppy, discoplaat. Het is een scheiding tussen ziel en lichaam, wat zichtbaar en onzichtbaar blijft, een voortdurend getouwtrek.

7. Nikki Dekker - Diepdiepblauw (2022)

Misschien is mijn fascinatie voor alles onder de oppervlakte ontstaan door mijn seksuele geaardheid. In elk geval is die overgeslagen op het onderwaterleven. Diepdiepblauw vermengt gender en het zeeleven zo’n unieke manier dat je je afvraagt waarom de parallellen nooit eerder getrokken zijn, alsof het boek er eigenlijk altijd al had moeten zijn. Van genderfluïde anemoonvissen tot de innige liefde tussen zeepaardjes. Soms lees je een boek dat je zelf had willen schrijven, Diepdiepblauw staat ergens bovenaan dat lijstje.

8. Roger Martin du Gard - De verdrinking (2016, vertaald door Anneke Alderlieste)

Als zoekende tiener kwam ik meerdere keren terecht op het Koninklijk Instituut voor de Marine in Den Helder, een statig, symmetrisch gebouw waar ik mezelf al verder zag verdwalen. Een van de redenen waarom de marine nooit mijn plek had kunnen zijn is dat ik een spuughekel heb aan hiërarchie. Niet handig. En mijn homoseksualiteit, ook niet handig, dacht ik. Tot ik De verdrinking las, een novelle van Roger Martin du Gard over een officier in opleiding die smoorverliefd wordt op een bakkersleerling, en mijn beeld volledig kantelde. Desalniettemin overweeg ik geen carrièreswitch.

9. David van Dartel - Op Vlieland

David van Dartel fotografeert jongens zoals ik mijn vrienden ken. Teder, kwetsbaar, breekbaar, niet zozeer masculien, maar ook niet feminien. Voor zijn eerste serie fotografeerde Van Dartel zijn eigen vrienden op Vlieland, voor zijn tweede serie modellen in verschillende Europese landschappen. In de beelden bevraagt hij de maatschappelijk perceptie van mannelijkheid. Knuffelende mannen, verstrengelde mannen, ontblote mannen. Vriendschap en liefde lopen in elk beeld in elkaar over, zodat de kijker achterblijft met een ambiguïteit die de grens tussen hetero en homo vervaagt. Is dit de toekomst?

'Op Vlieland' van David van Dartel

10. Alice Winn - Door het grote vuur (verschijnt in september 2023, vertaald door Anke Frerichs)

Op deze roman moet je nog even wachten tot september, maar dat is voor alle queerboekfanaten vast geen probleem. Door het grote vuur speelt zich af in de Eerste Wereldoorlog. Eerst raak je in vervoering van een ontluikende, maar onderdrukte liefde op een Britse kostschool, waarna een van de jongens zijn gevoelens ontvlucht door halsoverkop te kiezen voor de kille realiteit van de loopgravenoorlog. Een soort kruising tussen Zwemmen in het donker en de alom geprezen speelfilm Im Westen nichts Neues (2022). Een boek dat je niet weg kunt leggen, waar de spanning van verliefdheid en oorlog door elkaar blijven lopen.

'De laatste man' verscheen vorig jaar bij uitgeverij Thomas Rap

Pepijn Keppel debuteerde vorig jaar met zijn autobiografische non-fictieboek ‘De laatste man’, over zijn coming-out in de topsport.

Meer informatie