12 leestips voor Keti Koti / Kadena Kibrá

Morgen is het 1 juli, de dag waarop de afschaffing van de slavernij in Suriname en de voormalige Nederlandse Antillen gevierd wordt. Vandaag, op 30 juni, vinden op meerdere plekken herdenkingen plaats. Met Keti Koti / Kadena Kibrá staan we stil bij de afschaffing van de trans-Atlantische slavernij, het verzet van alle tot slaaf gemaakten en de doorwerking van het verleden in onze samenleving. Dit is meer dan een bladzijde uit de geschiedenis, maar een gedeeld verhaal. Na lange tijd ondergewaardeerd en ondervertegenwoordigd te zijn geweest in de letteren, krijgt dat verhaal ook meer een stem in het literaire landschap. Wij stelden een lijstje boekentips samen, voor grote en kleine lezers, die inzicht bieden in het Nederlandse slavernijverleden en de doorwerking hiervan in het heden.

Thema

Verplichte Kost

Tags

Keti Koti Slavernij Boektips

Word ILFU Member en steun onze schrijvers en verhalen

Vertel me meer

1. Henna Goudzand Nahar – Op de rug van Bigi Kayman (2021)

Dit is het vluchtverhaal van Kofi en Afi, gebaseerd op het waargebeurde verhaal van de Brooskampers en een gelijknamig Surinaams lied. Deze tot slaaf gemaakte kinderen werken net als hun ouders dag in dag uit, totdat ze ontdekken dat hun vader misschien verkocht gaat worden. Ze besluiten, net als de Brooskampers, te vluchten naar het moeras waar gevluchte mensen zouden leven. De indrukwekkende illustraties in dit voorleesboek werden gemaakt door Hedy Tjin en geven het verhaal van Henna Goudzand Nahar extra veel kleur en diepgang.

2. Anton de Kom – Wij slaven van Suriname (1934)

Inmiddels staat Wij slaven van Suriname bekend als literair meesterwerk, maar het werd pas in 2020 opgenomen in de Nederlandse Canon. Het is een iconisch boek: Anton de Kom schreef als eerste over de Surinaamse geschiedenis en het Nederlandse kolonialisme vanuit antikoloniaal gezichtspunt, als iemand die afstamde van tot slaaf gemaakten. Op schrijnende wijze laat hij zien hoe de koloniale machtsverhoudingen een grote rol blijven spelen in Suriname, ook na de afschaffing van de slavernij. Het werd een felle aanklacht tegen uitbuiting van Suriname door Nederland.

3. Cynthia McLeod – Hoe duur was de suiker? (1987)

Met deze zeer succesvolle debuutroman werd Cynthia McLeod in 1987 een van de grootste Surinaamse schrijvers van haar tijd, en nog steeds is dit een onmisbaar boek. De verteltijd van dit verhaal (1765-1779) valt samen met de hoogtijdagen van de suikercultuur. Het legt een stuk Surinaamse geschiedenis bloot die veel te lang is verzwegen en weggestopt. In meeslepende stijl beschrijft Cynthia McLeod het leven van Sarith en Elza, dochters uit een Joodse plantersfamilie, en hun slaven.

4. Johan Fretz – Onder de paramariboom (2018)

Hoe is het om naast een vaderland ook een moederland te hebben? In Onder de paramariboom vertelt Johan Fretz over zijn eerste bezoek aan Suriname, op zijn 29e. Hij landt op luchthaven Zanderij, stapt uit het vliegtuig en voelt zich meteen thuis. Suriname roept meer herkenning in hem op dan hij voor mogelijk had gehouden, het is tijd om de demonen van zijn familie voor eens en altijd te begraven. Een ontwapenend en ontroerend verhaal over opgroeien tussen twee culturen en de band tussen een moeder, een zoon en een moederland.

5. Roline Redmond – De Doorsons (2021)

'Mijn interesse voor mijn familie is gevoed door onze drie voormoeders. Mijn overgrootmoeder Constantia Augustina Doorson, de marktvrouw, mijn grootmoeder Paulina Magdalena Wijks, de wasvrouw, en haar dochter, mijn moeder, Annette Josephine Wilson, de naaister, matriarchen uit drie generaties. De Doorson-Wijks-familie.'

Dit verhaal is dat van Roline Redmonds eigen, tot slaaf gemaakte, familie. Ze vertelt het als een intercontinentale reis door Suriname en Nederland, een zoektocht die bemoeilijkt wordt doordat haar voorouders ontbreken in alle archieven. Redmond stuit op vrouwen in haar familie die hun kinderen beschermden, de overerfde pijn van verlies heelden, en zo de achterstand van de familie ombogen.

6. Raoul de Jong – Jaguarman (2023)

Raoul de Jong is pas 28 wanneer hij zijn vader ontmoet. Hij vertelt hem een verhaal dat blijft hangen: een van hun voorouders, een medicijnman, kon zichzelf transformeren in een jaguar. Gegrepen door dit verhaal besluit hij op onderzoek te gaan in het land van zijn vader, Suriname. In Jaguarman richt hij zich tot zijn Surinaamse voorouders, en daarmee tot zichzelf. Tijdens zijn zoektocht, waarin hij kennismaakt met Surinaamse schrijvers, denkers en verzetshelden, ontdekt hij dat de kracht van de jaguar onmisbaar is geweest voor het land, en beseft hij hoeveel ieder mens daarvan kan leren.

7. Yaa Gyasi – Weg naar huis (2017, vertaald door Nicolette Hoekmeijer)

Weg van huis vertelt het verhaal van twee halfzussen, Effia en Esi, die apart van elkaar opgroeien in het achttiende-eeuwse Ghana. Yaa Gyasi beschrijft de levens van de nakomelingen van Effia en Esi in de daaropvolgende driehonderd jaar en beweegt zich vrijelijk door de geschiedenis en tussen twee continenten – van de stammenstrijd en slavernij in Ghana naar de Burgeroorlog in Amerika – om een krachtig en indringend portret van volken in beroering te schetsen. Het boek laat het belang zien van collectieve bevrijding, en hoe het gedachtegoed van slavernij en onderdrukking niet geïsoleerd was, maar wijdverbreid aanwezig.

8. Tessa Leuwsha – Boni: in het spoor van de Surinaamse vrijheidsstrijder (2025)

Over Boni schreef Anton de Kom in Wij slaven van Suriname: 'Hij is niet in slavernij geboren, hij heeft de ketenen nooit gedragen der knechtschap. Hij was opgegroeid in de wildernis en verstond ieder teken der geheimzinnige zwijgende taal van het oerwoud. In hem verenigden zich de kracht en moed van de jaguar met de slanke vlugheid van onze herten. Maar bovenal was zijn karakter gekenmerkt door diezelfde edele trots, die wij terugvinden bij zijn moeder.'

Tessa Leuwsha vraagt zich af wat Boni's daden van toen hebben betekend voor het heden. Ze reist door Suriname en zoekt naar Boni's wortels in Ghana, ze spit door schaarse archieven en put rijkelijk uit orale geschiedenis. Het construeren van verhalen als die van Boni, waarbij archieven ontoereikend zijn, vergt vaak critical fabulation, zoals ook Leuwsha heeft gebruikt als methode: met een sprankelende literaire verbeeldingskracht herschept ze de Surinaamse vrijheidsstrijder Boni als mens van vlees en bloed.

9. Janice Deul – Keti Koti: Waarom we de afschaffing van de slavernij moeten herdenken en vieren (2023)

Janice Deul schreef het veelzijdige Keti Koti: Waarom we de afschaffing van de slavernij moeten herdenken en vieren als gids om de kennis over Keti Koti collectief te vergroten. Zelf is zij activist op het snijvlak van mode en diversiteit en gaat hier in op de oude en hedendaagse tradities van Keti Koti en de Afro-Surinaamse kleding, zoals de koto. Ze gaat op zoek naar het antwoord op de vraag: moeten we de afschaffing van de transatlantische slavernij herdenken of vieren?

10. Nancy Bosmans - Het meisje met de zaadjes in het haar (2025)

Het meisje met de zaadjes in het haar van Nancy Bosmans en illustrator Lisa van Winsen is een prachtig prentenboek over het Ghanese meisje Yaa. Samen met haar moeder wordt Yaa tot slaaf gemaakt en gedwongen om hun thuis te verlaten. In haar vlechten verstopt Yaa's moeder gelukkig nog de zaden van fruit- en groentesoorten uit Ghana, een klein stukje thuis. Tijdens KinderBoekfest op 21 september komt Nancy vertellen over het verhaal van Yaa en het belang van het herdenken van deze waargebeurde verhalen.

11. Robin Raven - De opdracht van Tula (2025)

De opdracht van Tula speelt zich af op Curaçao in 1795, het jaar van de Curaçaose slavenopstand onder aanvoering van Tula. Dit is een jeugdboek over de onverzettelijkheid en moed van verzetstrijders als Tula, geschreven door Robin Raven.

12. Morgen ben ik vrij – verhalen over slavernij (2025)

In het jeugdboek Morgen ben ik vrij zijn kinderen aan het woord over leven in de tijd van de slavernij. In elf non-fictie verhalen, geschreven door onder andere Milouska Meulens, Annemarie van den Brink en Henna Goudzand Nahar, maken de stemmen van verschillende kinderen invoelbaar hoe groot de impact van het slavernijverleden was en nog altijd is. Zo laat ‘De verboden kist’ van Annemarie van den Brink zien hoe ook Utrecht en haar weelde doordrenkt is van een slavernijverleden.