7 schrijftips van een doorgewinterde poëziecursist

Blijven leren en jezelf blijven uitdagen is misschien wel de beste manier om bezig te zijn met gedichten schrijven. Dat vindt ook Suus van de Kar, die zich vol enthousiasme in cursus na cursus stort. Ze studeerde een blauwe maandag Writing for Performance aan de HKU, en zwierf daarna vrolijk verder langs poëzieklasjes, workshops en schrijfretraites. Maar het soepelst kwamen de gedichten eruit tijdens de cursus Poëzie voor gevorderden van Ingmar Heytze (kleine tip: je kunt je nu weer inschrijven voor zijn cursussen dit najaar). Daar hield Suus niet alleen een halve dichtbundel aan over, maar ook een bestand vol persoonlijke schrijftips, speciaal voor dichters die nooit uitgeleerd raken. Doe er je voordeel mee.

Thema

Verplichte Kost

Tags

ILFU Academy Schrijftips Poëzie

Word ILFU Member en steun onze schrijvers en verhalen

Vertel me meer

7 schrijftips van een doorgewinterde poëziecursist

1. Ga in gesprek met een ander gedicht

Weet je niet waar je moet beginnen met een nieuw gedicht? Begin dan bij iets wat al bestaat. Bij een van je lievelingsgedichten, bijvoorbeeld. Lees het nog eens goed, laat het tot je spreken en formuleer er dan jouw antwoord op. Of een variant erop, of een vervolg. 

2. Schrijf nooit het perfecte gedicht

Toen Mark Boog onze poëzieklas met een gastles vereerde, hadden hij en Ingmar Heytze het veel over gedichten-in-opdracht. Maar de tip die Mark hierbij gaf, is voor iedereen nuttig: schrijf nooit in één keer een perfect gedicht! Schrijf een prototype. Dwing jezelf om op tachtig procent te stoppen, het dan in te leveren bij de opdrachtgever, docent of collega-dichter. 'Als mensen je tekst eenmaal lezen, krijgen ze heus wel last van opvattingen,' aldus Ingmar. Bouw dus ruimte in voor feedback – óf bekijk zelf later nog wat er anders moet. Maak jezelf niet wijs dat je gedicht in één keer af is. Laat het rijpen, een week, liever nog twee weken, en werk dan verder. 

Meer tips van Mark?

3. Vermijd verboden woorden

Wil je over de liefde schrijven? Schrijf dan vooral niet over de liefde. Deze tip komt van Ellen Deckwitz, en hij werkt echt altijd. Zet je timer op een minuut en zet alle woorden op papier die met liefde (of geweld, of die ene jeugdherinnering) te maken hebben: hart, vlinders, huid, vuur, verlangen... Daarna ga je pas aan je gedicht beginnen. Zonder die woorden, dus. Ga daar maar eens omheen schrijven. Geloof me: het wordt er beter van. 


Meer tips van Ellen?

Schrijf je nu in voor het najaarsaanbod van de ILFU Academy

Met schrijf- en leescursussen voor iedereen, van beginners tot vergevorderden.

Lees meer

4. Schrijf vanuit je slaap

Ellen Deckwitz tipte een boek over schrijven dat wat mij betreft veel andere ‘schrijf-zelfhulp’ overbodig maakt: Owen Butlers From where you dream. Poëzie komt namelijk zelden voort uit een geest die goed is in structureren, plannen en al die andere dingen die je zo goed kan als je wakker bent. De beste poëzie – in dit boek: de beste fictie in het algemeen – komt voort uit het onderbewuste, het ‘droomgebied’. Butler pleit ervoor dat schrijvers moeten leren schrijven vanuit hun dromen, vanuit emotionele beleving en zintuiglijke verbeelding, en niet vanuit logische structuur of intellectuele analyse. Hij wijst vrijwel alle traditionele schrijfmethodes af, en alleen dat gegeven is al heerlijk verfrissend. Butler leert je schrijven zoals je droomt: rommelig, intuïtief, vol symboliek en bij vlagen ineens knettergeniaal. 

5. Laat twee treintjes botsen

Een boterham + rouw. Een boodschappenlijstje + angst. Een natte sok + verlangen. Daar waar die twee botsen, dáár zit je gedicht. Laat iets alledaags en iets abstracts met elkaar clashen, en je zal zien dat er een Joost Oomen-achtig gedicht uitkomt. (Deze tip komt namelijk bij hem vandaan.) 

Meer lezen van Joost?

6. De eerste en laatste regel kunnen eraf

Hier weer een tip van Mark Boog: de eerste en laatste regel kunnen er vaak zomaar af. Dit geldt voor veel gedichten. Kijk maar eens naar je eigen werk en stel je voor hoe het zou zijn als je die eerste zin er niet hebt, of de afsluiter weghaalt. Het gedicht staat vaak stérker op z’n benen als je die regels weghaalt. (Zou dat ook voor deze tiplijst gelden?)  

7. Zoek een geheime plek op

Dit klinkt misschien een beetje cryptisch, maar: tijdens de cursus Poëzie schrijven voor gevorderden nam Ingmar ons mee naar een geheime plek midden in Utrecht, waar je de zon prachtig ziet ondergaan en de Domtoren zo ongeveer kan aanraken. Ik woon al zo’n vijftien jaar in dit stadsie, maar zelfs ik kende deze plek niet! Op die geheime plek schreven we allemaal een gedicht, en daar zaten veel parels tussen. Dus: zoek die plek op. Waar die is? Tja, om daarachter te komen moet je je toch echt voor de cursus inschrijven.