Geachte excellentie, beste Dennis,
We lijken op elkaar, daarom moest ik me tot jou richten.
Ik heb de afgelopen jaren veel debatten gezien en alle politieke campagnes gevolgd. Vandaar dat ik de indruk kreeg dat ik je best mag tutoyeren, dat jij daar geen problemen mee hebt, omdat ons soort mensen weliswaar op een uitstekende manier is opgevoed, met een reusachtig ontzag voor anderen die status en scholing ademen. Maar eenmaal zelf op een dergelijke positie hoeft die gekkigheid niet van ons. Kijk, ik vereenzelvig ‘ons’ al op dit thema, een teken van welwillendheid en broederschap.
Het stemde me, hoe gek het ook klinkt, een beetje trots dat jij, aan het begin van dit jaar, benoemd werd tot Minister voor Primair en Voortgezet Onderwijs. Dat memorabele moment heeft niet alleen jouw leven veranderd, maar eveneens mij gesterkt in een van mijn missies, die volledig in het teken staat van zelfontplooiing en strijden voor kansengelijkheid. Dat je drie jaar jonger bent, vond ik confronterend. Het is kennelijk tijd voor mannen en vrouwen van mijn leeftijd om van lieverlee achter de knoppen te gaan zitten.
We zijn allebei stapelaars, op onze eigen manier vochten we ons in, om in het jargon van jouw politieke leider te blijven. We zijn beiden van de mavo naar de universiteit geklommen, iets wat je tegenwoordig een godsvermogen zou kosten en tientallen duizenden euro’s aan studieschuld, als je ouders niet bovengemiddeld welvarend zijn. Oftewel: je zit bij een partij die het, voor latere generaties, bijkans onmogelijk heeft gemaakt om te presteren wat wij hebben gedaan, een traject waar niet alleen financiële middelen voor nodig zijn, maar ook de nodige mentale veerkracht, op de eerste plaats om het op die scholen vol te houden en daarna om iedereen in de omgeving, die niet zo van intellectualisme is, uit te leggen dat je als mens écht niet bent veranderd.
Ken je de beroemde roman The Catcher in the Rye van de Amerikaan J.D. Salinger? Ik herlees het twee keer per jaar. Het boek gaat over een jongen die geen zin heeft in school, ondanks de druk van zijn ouders, die tot de bovenlaag van de samenleving behoren. Hij is een tikkeltje depressief, om het maar zo te zeggen, waardoor hij vlucht, vergiftigd door haatgevoelens voor iedereen die hij kent. Je zou het echt eens tot je moeten nemen, voor zover je dat niet hebt gedaan. Ik ben die jongen. Jij bent die jongen. We zijn allemaal die jongen.
In het huidige onderwijs, met alle crises die we achter de rug hebben, en aan de vooravond van nieuw onheil, weet ik zeker dat er talloze jongeren met hetzelfde worstelen als hoofdpersonage Holden Caulfield. Je wílt wel meedoen aan de maatschappij, maar de vraag is op wélke manier. Alles in je hoofd zegt dat je het simpelweg niet kunt opbrengen, vanwege je geestelijke toestand en omdat je de anderen gewoon – excuses voor mijn taalgebruik – domme eikels vindt. En dan moet het allemaal nog beginnen.
Tekst gaat verder onder de foto's
Jouw vader runt een eigen snackbar en je moeder heeft een WAO-uitkering, als ik goed ben geïnformeerd. Mijn vader werkte in een fabriek en mijn moeder was schoonmaakster. Laten we elkaar geen mietje noemen: binnen bepaalde kringen wordt daar laatdunkend over gedaan, terwijl wij allebei weten dat geluk niet alleen afhangt van je professie en inkomen. Toch zijn we wel in een maatschappij beland waarin dit soort zaken meeweegt.
Ik zat laatst naar jullie partijcongres te kijken en ik kon me niet voorstellen dat jij je nu echt senang voelde bij de liberale medestrijders die hun levensgeluk laten afhangen van de toegestane snelheid op de snelweg. Daarvoor heb jij een te ingewikkelde route moeten afleggen voor je minister werd. Andersom gebeurt het ook: Holden Caulfield voelde de druk van zijn ouders om het deze keer niet op school te verkloten en raakt om die reden helemaal van de leg. De enige die hem begrijpt, denkt hij, is zijn veel jongere zusje, dat geen oordelen velt en hem louter toegewijd aanhoort met liefde en loyaliteit. Veel meer is er ook niet nodig in het leven, of wel? Je zou willen dat een overheid die rol op zich nam.
Ik word vaak uitgenodigd door onderwijskoepels, schooldirecteuren en leraren om te vertellen over mijn eigen ervaringen in het onderwijs en wat me het meest stoort, is dat een onderwerp als kansengelijkheid nog steeds besproken moet worden. Weet je wat dat betekent, Dennis? Dat er de afgelopen vijftig jaar geen zier is veranderd. Nog steeds beoordelen we kinderen op basis van de wijk waar ze wonen en het werk dat hun ouders doen.
Laatst werd me quasi bijdehand gevraagd, na een lezing over dit onderwerp: ‘Maar iedereen heeft toch kansen in dit land? Je moet ze alleen grijpen.’ Dat is makkelijk lullen als je ouders elke misstap financieel kunnen compenseren, of genoeg poen hebben voor bijvoorbeeld huiswerkklasjes. De werkelijkheid is, en dat weet jij ook, dat sommige leerlingen maar één kans in het onderwijs krijgen, daarna is het afgelopen, want meer geld hebben de ouders niet.
Als je systematisch wordt ontmoedigd om te leren, bijvoorbeeld in de wijk waar je woont of in de klas – dat laatste overkwam mij door de juf die mijn cito-advies van Atheneum niet wilde overnemen – doe je wel een extra groot beroep op het doorzettingsvermogen van jongeren. En de werkelijkheid is: niet iedereen heeft de wil, het incasseringsvermogen en de stamina om vernederingen te ondergaan en naar een doel te werken. De meesten haken simpelweg af. Dat gebeurde massaal in mijn omgeving. En ongetwijfeld heb jij ze ook gezien.
Het bijzondere aan The Catcher in the Rye is dat je voelt dat Holden Caulfield intelligent genoeg is om alles te bereiken wat hij wil en het tegelijkertijd onvermijdelijk is dat hij zal verzuipen in een maatschappij met dichtgetimmerde regeltjes die gemaakt lijken te zijn voor een homogene samenleving, met weinig oog voor het individu. Tegenwoordig zou iemand als hij worden afgevoerd naar het speciaal onderwijs, gewoon een label erop en wegwezen – met alle respect voor de mensen die daar werkzaam zijn, of op die scholen zitten.
Nu ja, ik wil maar zeggen, het is niet makkelijk om een systeem te doorbreken. Maar mijn hoop is wel op jou gevestigd. Je bent geloofwaardig. Je hebt alles aan den lijve ondervonden, of anders wel bij anderen gezien. Je zou als een hervormer de boeken kunnen ingaan, iemand die gedreven werd door zijn eigen ervaringen en idealen. Het is te zot voor woorden dat we in een beschaafd land als Nederland nog steeds tientallen congressen moeten organiseren om te kijken hoe we kunnen afrekenen met kansenongelijkheid. Ik reis kriskras door het land om mijn verhaal te vertellen, zodat ik beleidsbepalers, op lokaal niveau, wellicht kan inspireren. Jij kunt veel grotere impact hebben: jij kunt met het probleem afrekenen. Om die reden heb ik extra aandacht voor jouw departement. Ik hoop dat je ons soort mensen niet teleurstelt.
We rekenen op je.
Hartelijke groeten,
Özcan Akyol
Puber, vanger, kinderredder
The Catcher in the Rye is een van de bekendste romans van de Amerikaanse schrijver J.D. Salinger. We hadden in Nederland wat moeite met de vertaling van de titel. Het boek verscheen onder de titel: De eenzame zwerftocht (1954), Puber ('58), De kinderredder van New York ('67), De vanger in het koren ('86) en uiteindelijk 'De vanger in het graan' ('89). Misschien is het na dertig jaar weer eens tijd voor een nieuwe vertaling?
Lees meer over de laatste vertalingEus
De bekendheid die Akyol verwierf met zijn romans en tv-optredens, zet hij ook geregeld in om andere schrijvers te promoten. In 2018 kwam zijn bloemlezing met gedichten van Lévi Weemoedt op nummer 1 van de bestsellerlijsten en vorig jaar zorgde hij ervoor dat 'Ik lach om niet te huilen' van de vergeten schrijver Lex Kroon opnieuw werd uitgegeven.
Lees meer over EusDennis Wiersma
Dennis Wiersma (1986) is Minister voor Primair en Voortgezet Onderwijs in het kabinet-Rutte IV. Hij doorliep de Simon Vestdijk-mavo en de Anna Maria van Schurman-havo in Franeker. In zijn jeugd zat hij bij Franeker drumband De Sternse Slotlanders.
Lees meer over Dennis Wiersma