Marja Pruis aan Julie Myerson: 'Soms denk ik weleens dat schrijven meer een spelletje is. Voor mannen.'

In ILFU Corresponding Stories vragen we schrijvers en denkers van over de hele wereld om elkaar te e-mailen over de grote thema’s van onze tijd. De penvrienden van januari zijn de Nederlandse Marja Pruis en de Britse Julie Myerson, die elkaar ontmoetten tijdens ons festivalprogramma Exploring Stories 2023. In dit eerste bericht schrijft Marja aan Julie over de rauwe eerlijkheid die komt kijken bij autobiografisch schrijven, en de gevolgen voor je eigen (gezins)leven.

Marja schreef aan Julie in het Engels, op deze pagina lees je de Nederlandse vertaling door Maaike Harkink. De originele Engelse brief is hier te lezen.

Tags

Exploring Stories Brief Corresponding Stories
Een illustratie van Julie Myerson en Marja Pruis. Ze praten met elkaar, aan tafel.
Beeld: Twinkel Achterberg

Word ILFU Member en steun onze schrijvers en verhalen

Vertel me meer
Van: Marja Pruis
Aan: Julie Myerson
Datum: 4 Jan 2024
Onderwerp: Corresponding Stories

Lieve Julie,

Hoe gaat het met je, gaat alles goed? Ik hoorde dat je roman Nonfiction in januari in Amerika wordt uitgebracht! Ik zag het Amerikaanse omslag, het heeft een hele nieuwe uitstraling. Beslis jij hier over mee, of heb je er niets over te zeggen? Ga je er nog naartoe voor de promotie? Wat is je gevoel over je boek op dit moment, is het vreemd om over je boek te praten alsof het een pasgeboren baby is? Zit het je huidige schrijfwerk in de weg?

Sorry voor al deze saaie vragen. Je hoeft ze niet te beantwoorden. Ik wil gewoon graag weten hoe het met je gaat, hoe het e c h t met je gaat. Wat je aan hebt, schoenen, haar, dat soort dingen. Hou je van koken? Het leek me beter om niet gelijk met de deur in huis te vallen met deze vragen.

Slaap je goed?

Laat je je nagels doen?

Ik ben net thuis van een literair evenement ergens diep in Nederland. Het is bijna middernacht en ik ben doodmoe. Zoals je weet is mijn nieuwste roman net uitgekomen en ik ben dankbaar dat mensen me uitnodigen en naar me komen luisteren. Alleen kan ik maar niet wennen aan bepaalde vragen van de interviewer en het publiek over de getrouwheid van mijn werk. Of waarheid? Misschien een te groot woord. Je houdt altijd die nieuwsgierigheid: is dit echt gebeurd bij jou thuis? Was er een schoonmaakster die van je stal? Ik weet nog steeds niet wat het bevredigende antwoord zou zijn. Ik vrees dat ik een teleurstellend non-verhaal heb afgestoken.

Het is moeilijk om je geen charlatan te voelen of iets dergelijks, als je zegt dat je probeert te schrijven alsof je een geheim in iemands oor fluistert. Zo probeer ik het te laten lijken. Ik hou er nooit van als iemand zegt: ‘O, ik heb mijn best gedaan,’ of dat nu gaat over een maaltijd die ze hebben gekookt of een tekening die ze hebben gemaakt, maar het enige wat ik soms kan denken is: ik heb mijn best gedaan om het te laten lijken alsof het echt op die manier is gebeurd, alsof het echt over mij gaat, mijn man, mijn zoon, mijn dochter.

Dat vind ik ook zoiets vreemds waar ik maar niet aan kan wennen. Alsof ik mijn dierbaren schade toebreng met mijn schrijven. We herkennen je, zeggen de vrienden van mijn zoon tegen hem. Het goede nieuws is dat de recensies lovend zijn, waardoor hij zich niet voor schut gezet voelt. Maar dat is ook weleens anders geweest. 

Als je niet het lef hebt om zo rücksichtslos te zijn, had je misschien helemaal niet aan schrijven moeten beginnen.

Je roman Nonfiction behandelt deze thema’s – sorry, maar ik moet het nog eens zeggen, die titel is briljant, ik ben jaloers – de frictie tussen publiek en privé, de manier waarop een schrijfster een verhaal overneemt ten koste van haar dierbaren. Eén van de meest aangrijpende scènes in je boek is naar mijn mening wanneer de verteller zich verplicht voelt om haar broer te beloven niet over hun moeder te schrijven – als ik het me goed herinner – en tegelijkertijd beseft dat het akelige aan schrijvers is dat wat hen ook overkomt, hoe pijnlijk en angstaanjagend ook, het zal ze niet weerhouden. Niets zal hen weerhouden. Zodra ze zijn begonnen gaan ze tot het uiterste om de juiste woorden te vinden. 

Als je niet het lef hebt om zo rücksichtslos te zijn, had je misschien helemaal niet aan schrijven moeten beginnen. Of is dit een romantisch, heroïsch en ijdel idee?

Ik weet het niet. Wat denk jij, lieve vriendin – nu al! – daar in Londen? Regent het daar ook de hele dag in jouw stad, alsof je in Seattle bent? Heb jij ook het gevoel dat dit het eerste teken is dat we gestraft worden voor ons arrogante gedrag ten aanzien van de natuur? Beantwoord deze vraag ook maar niet, we hoeven het niet over de klimaatcrisis te hebben, godzijdank, ik wilde alleen wat algemeen verantwoordelijkheidsgevoel tonen.

Los van onze onmiddellijke onderlinge verstandhouding toen in Utrecht, wat het heel gemakkelijk maakt om verwantschap te voelen over… alles!... is dat je dezelfde boeken leest als ik, dezelfde films kijkt. Ik weet dat je van plan was om Anatomy of a Fall te gaan kijken, ik ben heel benieuwd wat je van deze film vindt. Ook dit is een verhaal dat gaat over je ruimte innemen als schrijver, en hoe dit botst met het gezinsleven. Laat me alsjeblieft weten wat je gedachten zijn, ik zal mijn gevoelens over deze film later met je delen. Dit wil ik er al wel over kwijt: ik vond het moeilijk om sympathie te voelen voor de vrouw en daar voelde ik me een beetje ongemakkelijk over. Als jij er iets over zegt, begrijp ik mezelf misschien wat beter.

(De brief gaat verder onder de aanbieding.)

Bekijk het hele gesprek van Marja en Julie op Exploring Stories 2023

Voor slechts €4,50 per maand ben je al ILFU Member, en kun je al onze programma-onderdelen terugkijken. Zoals het prachtige gesprek tussen Marja Pruis en Julie Myerson op Exploring Stories 2023.

Bekijk de video
Bekijk het hele gesprek van Marja en Julie op Exploring Stories 2023

Laatste vraag: hou je een dagboek bij? 

Er is een citaat uit Nonfiction dat ik heb opgeschreven in het exemplaar van mijn roman dat ik meeneem als ik ergens moet voorlezen. Er staat: ‘beperk je blik’. Het is de les die jouw verteller haar student meegeeft: laat dingen weg. Bij het schrijven van een roman gaat het erom dat je je focus versmalt. Dit is iets wat ik al wist, maar ik had deze heldere formulering niet, hij helpt me als ik het gevoel heb dat iemand denkt dat ik mijn hele privéleven op papier smijt. Misschien moet ik het bij mezelf houden, ben ík bang dat ik mijn hele privéleven op papier smijt. En tegelijkertijd weet ik dat ik mijn blik beperk. Ik laat dingen weg. 

Dank je voor dit heldere beeld, Julie. En dank je voor de roman die je jaren geleden schreef, Something Might Happen. Ik pak hem op dit moment van mijn boekenplank en zie dat hij twintig jaar geleden is gepubliceerd. Dit boek heeft me geholpen om op een kalme, niet-satirische manier over huiselijke relaties te schrijven. Voor het eerst dacht ik: aha, dit kan een serieus onderwerp zijn. 

Nog een laatste dingetje. Dit is ook weer schaamte-gerelateerd. Die angst, mijn angst, om de mensen van wie ik houd, die ik leuk vind, die ik leuk zou kunnen vinden, schade toe te brengen met mijn schrijven. Denk je dat dit vaker een probleem is voor vrouwelijke schrijvers? Ik las vandaag een column in een grote Nederlandse krant van een tamelijk beroemde Nederlandse schrijver die zichzelf het volgende afvroeg: Is het mogelijk om te geloven dat mensen goed zijn en tegelijkertijd romanschrijver te zijn? En toen gaf hij het antwoord: Nee. Je hoeft niet te denken dat mensen niet deugen (people they ain’t no good – sorry, Nick Cave is in mijn hoofd aan het zingen nu), maar je moet bereid zijn om jezelf te vermaken met de mensen en altijd in je achterhoofd te houden dat je ze kunt verleiden. Tot alles. 

Ik weet het niet. Soms denk ik weleens dat schrijven meer een spelletje is. Voor mannen. En ik twijfel erover of dit voor vrouwelijke schrijvers ook goed zou zijn. Om je privédingen, je emotionele toestand om te vormen tot iets vreemds en werelds en onverbiddelijks.

Dat gezegd hebbende: je boek Nonfiction is een van de meest on-vreemde (godzijdank), maar wel wereldse én persoonlijke, emotionele, onverbiddelijke én liefste die ik in de afgelopen jaren heb gelezen. Ik weet zeker dat de Amerikanen onder de indruk zullen zijn. 

En dat gezegd hebbende: ik moet nu naar bed. Ik slaap niet zo goed. Ik word altijd rond vier uur wakker en denk: wat zal ik doen? Lezen? Een kopje thee maken? Ik laat nooit mijn nagels doen, maar ik verlang er altijd naar. Volgende week ga ik naar mijn kapper, hij komt uit Londen, ik ken hem al jaren, hij heeft me door ieder stadium van kleuren en knippen geholpen, ik heb mijn pyjama al aan, geen schoenen, alleen sokken, ik ben dol op koken, ik heb vanavond een nostalgische ovenschotel gemaakt, een ode aan mijn woongroep in de jaren tachtig, met heel veel prei erin. Nou, mijn taak zit erop. Nu is het jouw beurt.

Veel liefs, 

Je vriendin uit Amsterdam,

Marja