De derde druk van Alleen en duizend mensen is net verschenen. Hoe ervaar je de gesprekken over de roman tot nu toe?
Na Zachtop lachen vallen interviews heel erg mee. Dat is natuurlijk een autobiografische roman en ik was als debutant wat naïever. Ik dacht bij interviews vaak ‘maar dat zullen ze me toch niet vragen?’. En dan werd de kop van het interview ‘Malou Holshuijsen over jeugdtrauma: iemand verongelukte voor haar neus’. Met Zachtop lachen werd ik uiteindelijk ook een beetje moe van het praten over het personage Malou/mezelf. Ik ben erg trots op Alleen en duizend mensen en dol op Rivka, de hoofdpersoon. Dus de gesprekken over dit boek en over haar vind ik erg leuk. Ook omdat ik thema’s in de roman heb verwerkt waar ik me in het dagelijks leven mee bezighoud en die veel spelen bij mensen in mijn omgeving.
Ik kan me voorstellen dat er met een autobiografisch debuut nu vaak wordt gevraagd welke elementen in je tweede werk waargebeurd zijn.
Ja, dat is heel grappig. In hoofdstuk één springt er een cabaretier uit het raam en dat zou al een teken moeten zijn dat het fictie is. Maar personages komen ergens vandaan. Er zit heel veel in Rivka dat ook een beetje van mij is, maar zij heeft ook karaktereigenschappen waar ik jaloers op ben.
Welke eigenschappen zijn dat?
Bijvoorbeeld dat zij zo ontzettend explosief kan zijn. Er is een grens die ik altijd bewaak en Rivka gaat die over, door bijvoorbeeld wraak te nemen. Daar fantaseren we als beschaafde mensen natuurlijk wel over: hoe zou het zijn om wraak te nemen? Maar we doen het niet. Rivka doet het wel en dat bewonder ik erg in haar.
Van de personages in het boek is niemand écht sympathiek.
Nee dat klopt, maar dat is in het echte leven ook. Alle personages zijn heel manipulatief en dat is een eigenschap waar mensen normaal gesproken natuurlijk helemaal niet zo blij mee zijn. Het is niet fijn als je manipulatief genoemd wordt. Ik vind dat we tegenwoordig ook wel erg strooien met termen. Mensen zeggen heel snel over anderen ‘dat is een narcist’ of ‘die heeft borderline’. Dat soort termen heb ik juist geprobeerd te vermijden. Ik wilde juist laten zien dat iedereen fratsen heeft.
Malou Holshuijsen – Alleen en duizend mensen, Ambo|Anthos, 2023
Het verhaal heeft een heel typerend begin. Is dit hoe je het vanaf het begin voor ogen had?
Het was een van de eerste ideeën die ik had voor dit boek. Zachtop lachen begint ook met een zelfdoding, alleen dat was dan echt gebeurd. Wat er daarna gebeurt in dat boek is dat er heel erg om de dood heen wordt gedraaid. Veel verhalen werken heel erg toe naar de dood, doordat je bijvoorbeeld de lange lijdensweg van een personage volgt. Om mezelf te dwingen niet om de dood heen te draaien, wilde ik daar nu juist mee beginnen. Je begint in rouw, en je leert Rivka kennen op het moment dat ze op een erg vreemde manier aan het rouwen is en niet weet wat ze met zichzelf aan moet. En het rouwen mag er ook zijn van haar. In Zachtop lachen werd het verdriet veel meer vermeden en verdoezeld. Ik wilde nu in een personage kruipen dat het heel anders aanpakt. Ze laat zich juist omarmen door haar verdriet.
De zelfdoding van de cabaretier is extra heftig omdat het gebeurt tijdens een live radioshow.
Ze zijn ook nog eens de best-beluisterde show, je kan het niet terugluisteren, mensen willen erbij zijn. En dan gebeurt er zoiets en eigenlijk wordt het programma er alleen maar succesvoller van. Dat is ook weer een heel paradoxaal gegeven van deze tijd. Hoe harder, hoe smeriger en hoe heftiger, hoe meer mensen erop intunen.
In Alleen en duizend mensen wordt net als in Zachtop lachen gespeeld met chronologie. Elk hoofdstuk springt terug of vooruit in de tijd. Was het schrijven in deze vorm een uitdaging?
Bij Zachtop lachen hoefde ik eigenlijk niet na te denken of de volgende stap logisch was, omdat dat gevoelsmatig zo dicht bij mij lag. In Alleen en duizend mensen heb je te maken met een personage dat twee ontwikkelingen doormaakt. Soms schreef ik dan iets, maar dan paste dat helemaal niet meer bij Rivka. Dat was wel complex. Ik hoor veel van mensen die het boek twee keer lezen, dat ze achter allemaal nieuwe dingen komen, omdat de chronologie dan wat duidelijker wordt. Aanvankelijk was het eerste hoofdstuk het laatste hoofdstuk. Het boek zou oorspronkelijk eindigen vlak voor hij zou springen. Het eerste hoofdstuk was net na de sprong. Maar dat voelde toch niet goed. Ik heb echt op het allerlaatste moment het oorspronkelijke eerste hoofdstuk weggegooid en het laatste hoofdstuk naar voren gehaald. Toen viel alles op zijn plek. Ik vind dat heel leuk aan schrijven en ik ben ook niet bang om rigoureuze veranderingen door te voeren. Ik heb dan gewoon het vertrouwen dat het goed is.
Je hebt weleens gezegd dat schrijven en de vrijheid in het creëren van een verhaalwereld ‘crack voor je brein’ is. Maar was er tijdens het schrijven van dit boek een scène waar je juist lang mee hebt geworsteld?
Eigenlijk zijn dat vooral de delen geweest waarbij het echt ging over het werk van Rivka. Ik heb natuurlijk ook zelf dat werk gedaan als regisseur. Dan is het best moeilijk om sommige dingen die voor mij zo voor de hand liggend zijn, zo simpel mogelijk uit te leggen. Ook vond ik het doseren van de ouders soms moeilijk. De moeder van Rivka zweeft echt op het randje van complete gestoordheid. Maar je moest als lezer ook nog sympathie voor haar kunnen opbrengen aan het eind. Zij is uiteindelijk degene die Rivka écht ziet, omdat Rivka natuurlijk heel erg op haar lijkt. Het is heel lekker om helemaal los te gaan op zo’n personage en haar de meest rare fratsen te laten uithalen, maar uiteindelijk moest ik daar toch heel veel aan puzzelen om haar ook nog die sympathie te kunnen geven. Ik moet wel zeggen dat ik bij Zachtop lachen dingen echt heel heftig vond om op te schrijven en dat had ik hier niet. Ik heb hier vooral heel erg kunnen genieten van het schrijfproces.
Waar ben je het meest trots op, als het dit boek aangaat?
Dat vind ik een hele moeilijke vraag uiteraard. Ik ben zo trots op wat het geworden is en de boodschap die erin verborgen zit. Er worden heel veel zaadjes geplant bij de mensen die lezen. Ik hoor dat mensen zich helemaal verliezen in dit boek en het echt een fijn boek vinden om te lezen. Ik vind het toch ook fijn dat mensen zeggen dat het grappig is, ondanks alle treurigheid. Ik ben trots dat dat gelukt is.
'Alleen en duizend mensen' ligt nu in de winkels
Rivka Leeuw heeft haar leven op orde: een keurig huis, een grote liefde over wie ze niet zal spreken, twee telefoons en een droombaan. Samen met de onberekenbare presentator Joel Backer maakt ze vanuit een hotelkamer in Amsterdam het populaire nachtradioprogramma Bodemdrift. Als tijdens de uitzending een cabaretier uit het raam springt en te pletter valt, ligt alles wat ze heeft op straat. 'Alleen en duizend mensen' is een genadeloos portret van deze tijd. Holshuijsen schrijft met stekelige humor over het verlangen gezien te worden en onzichtbaar verdriet.
Meer informatie