Toxic: 7 boeken over ongezonde relaties

Door de opkomst van therapietaal vallen we veelvuldig terug op termen als toxic, toxisch, giftig en gaslighting, en bestempelen we gedrag en de ander ongefilterd als zodanig. Wat je daar ook van mag vinden, we leren de laatste jaren in ieder geval steeds beter om schadelijke verhoudingen in een relatie te herkennen. Ook in fictie. De volgende zeven boeken belichten relaties die op verschillende manieren ongelijkwaardig, ongezond, onveilig of ronduit gewelddadig zijn. Een thema waarbij het extra belangrijk is om na te gaan wie het verhaal eigenlijk vertelt.

Tags

Boektips Relaties Mentale gezondheid

Word ILFU Member en steun onze schrijvers en verhalen

Vertel me meer

1. Lotte Kok – Wat liefde kan doen (2024)

Hij wordt aangeduid met ‘de poppenspeler’, de partner in deze autobiografische roman van Lotte Kok. Zij is de pop, het meisje, dat aan de ongeschreven regels van de speler moet voldoen. ‘De pop is een vrijplaats,’ schrijft Kok, ‘met een pop kun je doen wat je wilt.’


Stapsgewijs neemt ze de lezer mee haar gewelddadige en onveilige relatie in. Pas na maanden komt het besef dat het gedrag van haar partner niet onschuldig is, maar systematisch. Ze laat zien hoe het geweld langzaamaan haar relatie binnensluipt, totdat het zo gevestigd is dat het moeilijk is er uit te ontsnappen. Dit boek laat zien hoe partnergeweld iedereen kan overkomen en maakt pijnlijk duidelijk waar hulpverlening tekort schiet.

2. Maaike Neuville – Zij. (2023)

Ada Peeters is onderweg naar een optreden in een stad waar ze ooit als jonge student verzeild raakte in een relatie met een oudere docent. Terwijl ze terugblikt op die periode gaat ze bij zichzelf na in hoeverre ze zelf de touwtjes in handen had. Dit prozadebuut van theatermaker en acteur Maaike Neuville maakt inzichtelijk hoe het soms pas na lange tijd mogelijk is om te zien dat een relatie, die destijds misschien gelijkwaardig voelde, toch niet helemaal klopte. Zij. gaat over verschuivende machtsverhoudingen, grenzen en het schemergebied van consent en verlangen.

3. Tosca – Maud Vanhauwaert (2023)

Kun je iemand helpen die niet geholpen wil worden? In dit prozadebuut voert Maud Vanhauwaert de beklemming tussen twee mensen in een razend tempo op. Als de mysterieuze vreemdeling Aline in het leven van verteller May stapt wordt de toon van hun relatie direct gezet. Aline vertelt dat ze niet meer wil leven en May denkt zeker te weten haar te kunnen redden: ‘Zij is een gesloten boek; beter dan ik kan niemand haar lezen.’ De levens van deze twee vrouwen raken steeds verder met elkaar verstrikt, terwijl je je als lezer langzaam begint af te vragen hoe gezond die relatie is en of je bovendien deze versie van het verhaal eigenlijk wel kan vertrouwen.

4. Rebecca F. Kuang – Yellowface (2023)

Een vrouw overlijdt nadat ze in een pandan pannenkoek is gestikt, haar vriendin gaat er met haar net voltooide boek vandoor en publiceert het als haar eigen verhaal. Naast thema's als culturele toe-eigening, de literaire wereld en identiteit zet Rebecca F. Kuang in deze wat absurde en toch confronterende satire ook een vriendschap neer die allesbehalve gelijkwaardig is.

5. Marijke Schermer – In het oog (2024)

Het leven van Nicola staat op vrijwel alle fronten op losse schroeven; haar dochter is net uit huis, haar carrière wordt tot een halt gebracht en haar geliefde verlaat haar. Terwijl ze deze nieuwe fase ingaat valt haar oog op een man die naast haar in een café zit, en die haar zo raakt dat het onmogelijk voelt om het daarbij te laten. Ze besluit hem te volgen, te bespieden, eerst van een afstandje om vervolgens steeds iets dichterbij te komen. Marijke Schermer trekt je mee in Nicola's hyperfocus en web van geheimen waardoor misschien pas bij het dichtslaan van dit boek het besef indaalt dat dit allesbehalve gezond was.

6. Sally Rooney – Gesprekken met vrienden (2017, vertaald door Gerda Baardman)

Vaak is het Sally Rooneys Normale mensen (2018) dat wordt uitgelicht als toxic liefdesverhaal. Haar debuut, Gesprekken met vrienden, blijft daardoor onderbelicht. En dat terwijl de affaire tussen hoofdpersoon Frances en Nick op zijn zachts gezegd ongelijk is. De lezer leert Nick kennen als een knappe acteur van 32, getrouwd en woonachtig in een kast van een huis. Hij valt voor de kwetsbare, 21-jarige Frances, een student en aspirant-schrijver.


Frances vertelt het verhaal vanuit haar perspectief, dat benadrukt hoe kwetsbaar ze is: ze automutileert, bezoekt haar alcoholistische vader, heeft eetproblemen. De nadruk ligt op de afhankelijkheidsrelatie en ongelijke machtsverhouding met Nick – hij betaalt haar boodschappen en lijkt haar eenzaamheid te misbruiken.


Tegen het einde van het boek wordt duidelijk dat Nick zelf lijdt aan mentale problemen en dat zijn psychische afwezigheid niet voortkwam uit een mysterieus persona. Frances weet dit niet en dus wordt haar beeld, en dat van de lezer, bijgesteld. Rooney onderstreept in dit verhaal dat machtsverhoudingen zich in elke relatie kunnen voordoen, ongeacht leeftijd of gender, en dat ze beide kanten op kunnen bewegen.

7. Joke van Leeuwen – Ik dacht dat jij (2023)

In deze dunne en razendsnelle roman geeft Joke van Leeuwen een stem aan een type man die we in veel andere verhalen meestal vanuit de onderdrukte partner beschreven zien. De naamloze verteller is ervan overtuigd van zijn vrouw Zigi te houden, maar praat ook zijn eigen agressie tegenover haar goed. Naast een bekender beeld van een manipulatieve en egoïstische man peutert Joke van Leeuwen met Ik dacht dat jij ook wat van de onmacht los die onder dit gedrag kan schuilen.

8. Jante Wortel – Ik, de ander (juli 2025)

Tot slot een boek om naar uit te kijken. Na haar debuut Weerlicht (2022) verschijnt in juli de tweede roman van Jante Wortel bij uitgeverij Das Mag. Een verhaal over het drijfzand van een toxische relatie dat in dit lijstje niet mag ontbreken.

‘Hij zegt dat hij haar het liefst zou willen opsluiten. Ergens waar niemand bij haar kan, alleen hij. Hij vraagt of het haar beangstigt dat hij dat zegt. Ze zegt nee, en dat meent ze. Pas als hij een tijdje naar haar nek blijft staren en toegeeft dat hij soms de neiging heeft om haar daar net zolang te bijten tot ze begint te bloeden, tot ze het uitschreeuwt van de pijn en hem smeekt om te stoppen, begint ze zich af te vragen of dit wel normaal is. Of het normaal is om zoiets uit te spreken, laat staan om het te voelen.’