De nieuwe van Forugh Karimi gaat over de onvermijdelijke rol van het verleden

Interview door Lisa Prinsen

Vanaf de omslag van het gloednieuwe boek van Forugh Karimi kijkt een kleurrijke uil ons indringend aan. Al gauw leren we in In mijn ogen draag ik wolken (2025, Meridiaan) dat uilen in Afghanistan geen boodschappers van wijsheid maar van rampspoed zijn. In deze nieuwe roman sleurt de Afghaans-Nederlandse auteur en psychiater – die zelf op haar vijfentwintigste uit Kabul naar Nederland vluchtte – je mee in het vluchtverhaal van Widá. Karimi verweeft Widá’s familieverhaal met hartverscheurende delen van de Afghaanse geschiedenis die je na dit boek niet meer zult vergeten. We spraken Forugh Karimi over het schrijven van In mijn ogen draag ik wolken, het belang van fictie en waarom ze Widá’s verhaal graag wilde vertellen.

Tags

De nieuwe van Interview Oorlog
Foto: Daan Kamerman

Word ILFU Member en steun onze schrijvers en verhalen

Vertel me meer
Waar gaat het verhaal van Widá Dost voor jou over?

Dat is gelijk een hele moeilijke vraag. Er zijn in dit verhaal zoveel lagen die voor mij belangrijk zijn. De Afghaanse geschiedenis en vluchtelingen zijn onmisbare lagen van dit boek, maar op een universeler niveau zegt dit boek iets over de rol van het verleden. Gaandeweg het schrijfproces kwam ik er steeds meer achter hoe belangrijk het is om verhalen te vertellen om het verleden af te kunnen sluiten en weer verder te kunnen leven. Het is de enige manier om grip te krijgen op het verleden. Dat zat voor mij in het schrijven van dit boek, maar geldt voor de hoofdpersoon Widá ook, door middel van dagboeken, brieven en muziek.

'Er was één verhaal van vroeger dat ze halverwege had losgelaten. En dat losse eindje had haar uiteindelijk ingehaald. Een onafgemaakt verhaal kun je niet begraven, dat had ze als psychiater moeten weten.'

uit: In mijn ogen draag ik wolken

Waar begon dit verhaal?

Het idee voor dit boek ontstond een aantal jaar geleden al, met het idee voor een reis. Dat werd uiteindelijk de reis van Margot en Widá en een reis door Widá’s verleden. Het boek is niet autobiografisch, maar veel van wat de personages meemaken zijn wel herinneringen die ik zelf ook een plek wilde geven. Dat kwam voor mij allemaal samen in de verantwoording, die achterin het boek is opgenomen. In de epiloog rondde ik het verhaal van Widá af, maar in de verantwoording sloot ik ook mijn eigen verhaal af. Toen was de cirkel rond en konden zowel Widá als ik verder.

Er zit veel nostalgie in het verhaal, naar Afghanistan en naar familie. Is schrijven voor jou ook een manier om weer even terug te zijn in Afghanistan?

Het is niet zo dat ik er bewust voor kies om al schrijvend terug te gaan naar Kabul, maar die hoofdstad is voor mij nooit weggeweest. Daarom zal Kabul ook altijd in mijn verhalen terugkomen. Het gebeurt nog steeds heel vaak dat ik gevoelsmatig in Kabul in slaap val en in Nederland wakker word. Dit geldt overigens voor heel veel vluchtelingen die ik ken. Tijdens het schrijven van dit boek zijn er hoofdstukken geweest waarbij ik bijna het gevoel had dat ik daar echt was. Na een paar uur schrijven moest ik echt even ‘landen’ voor ik me weer realiseerde dat ik gewoon aan mijn keukentafel in Nederland zat. Dat zijn scènes geworden waarbij ik voel dat ze ook bij de lezer zullen binnenkomen: als ik me al zo heb gevoeld tijdens het schrijven, zal de lezer dat vast ook ervaren.

Het interview gaat verder onder de omslag

Speelt jouw moedertaal ook nog een rol in het schrijven van je romans?

Als ik een boek schrijf kan ik niet wisselen tussen Nederlands en Farsi, dat gaat niet. Soms zijn er wel scènes waarin ik even stil sta om te bedenken hoe een personage iets zou hebben gezegd en gedacht. Dan zeg ik dat wel even hardop in het Farsi. Maar verder moet ik ook gewoon besluiten in welke taal ik schrijf en dan gaat het vanzelf. De inspiratie of waar het verhaal mee begint is bovendien ­­– net als bij muziek en andere schone kunsten – voor mij in eerste instantie niet talig. Voordat de taal een rol gaat spelen is het verhaal in mijn hoofd meer een soort film of beleving, pas daarna giet ik het in een van de twee talen.

In dit boek speelt familie een belangrijke rol. Waarom was dat belangrijk?

"Zo gaat dat nou eenmaal als je je eigen land kwijt bent en iedereen ergens anders terechtkomt. Het is als een kralenketting waarvan de draad knapt, de kraaltjes springen alle kanten op en rollen door tot ze ergens in een willekeurig gleufje belanden en zich daar nestelen. Sommige kraaltjes blijven rollen, die vinden nergens een plek om te rusten. Zo zijn wij, als kraaltjes uitgestrooid over de hele wereld, hopend dat we ooit weer aan elkaar geregen zullen worden. Maar die hoop vervaagt steeds meer." (p.155)

Op het moment dat een oorlog zoals in Afghanistan begint en familieleden beginnen te vluchten, gaat er iets kapot wat niet meer gemaakt kan worden, als een kralenketting die breekt. De draad knapt en alle kralen gaan rollen tot ze ergens terechtkomen. Je blijft achter met het verlangen naar het moment dat de ketting nog heel was. Het pijnlijke vind ik dat de kinderen en kleinkinderen van de eerste generatie geen idee meer hebben van hoe de ketting eruit zag. Maar ze verlangen er wel naar, naar iets denkbeeldigs dus, naar iets wat ze alleen via de verhalen van hun ouders meegekregen hebben, maar zelf nooit ervaren hebben. Zo raakt dit trauma generaties ook op een andere manier.

In het verhaal stappen we steeds een andere tijd in, we springen van de jaren 90 in Afghanistan naar 2023 en weer terug. Hoe ga je te werk?

Ik wist al vrij snel hoe het verhaal moest lopen, alle details komen tijdens het schrijven. Net als in mijn eerste roman De moeders van Mahipar (februari 2022, Meridiaan) wissel ik in deze roman tussen het heden en verleden. Het zijn twee verhaallijnen die in elkaar haken. Ik heb dit boek grotendeels geschreven in de volgorde waarin het uiteindelijk in het boek is gekomen. Zo kon ik er ook voor zorgen dat de opeenvolgende hoofdstukken op een of andere manier verbonden zijn.

Hoe werd een fragment uit een Perzisch lied uiteindelijk de titel van dit boek?

Veel van de gedichten en liederen die terugkomen in dit verhaal zijn vertalingen van bestaande stukken, behalve het liedje waar de titel in voorkomt. Dat heb ik geschreven voor Begóm (verre nicht van Widá's grootmoeder), omdat zij ook iemand is die graag dingen verzint.

"Ho-yee mijn bloem, hee-hee allermooiste bloem
Ho-yee mijn bloem, hee-hee allermooiste bloem
Mijn hart is zo droevig vandaag, rafiq djan
Mijn hut is weemoedig vandaag, rafiq djan
Ho-yee mijn bloem, hee-hee allermooiste bloem
In mijn ogen draag ik wolken, mijn liefste
Ik ben zo mistroostig vandaag, rafiq djan" (p. 201)

Er waren al andere ideeën voor de titel, maar toen ik dit lied schreef voelde dit voor mij maar ook voor mijn redacteur en uitgevers direct heel kloppend. Het gaat voor mij over wat er met je gebeurt als je zo lang zo’n groot verdriet met je meedraagt. Je zou kunnen zeggen dat zo iemand wolken met zich meedraagt, wolken waaruit het op elk moment kan gaan regenen. Met dit verhaal wilde ik die tranen tot hun recht laten komen.

Wie hoop jij dat dit boek gaat lezen?

Het is een grote wens dat dit boek vertaald wordt naar het Engels, zodat de wereld deze verhalen te lezen krijgt, zodat ze niet vergeten worden. Over zoveel oorlogen zijn heel veel boeken geschreven, maar er is nog steeds weinig fictie over Afghanistan. Fictie is belangrijk omdat het het menselijke blootlegt. Voor lezers die verder niets met Afghanistan te maken hebben is het belangrijk om de menselijke verhalen te lezen. Door geraakt te worden door het verhaal van Widá of bijvoorbeeld haar stiefvader Aghagul kom je zoveel dichter bij de werelden van andere Afghaanse mensen en vluchtelingen dan via de geschiedenisboeken. Met fictie blijf je niet alleen een toeschouwer maar kun je het verhaal en daarmee ook een stuk van de geschiedenis beleven.

Op 2 mei verscheen 'In mijn ogen draag ik wolken'

Ooit besloot Widá bij moeilijke momenten in haar leven voortaan haar gevoel uit te schakelen. Dat bracht haar ver toen ze als vijftienjarige Kabul moest ontvluchten en in Nederland terechtkwam, waar ze zich binnen de kortste keren de taal eigen maakte en de middelbare school afrondde, zodat ze geneeskunde kon studeren en een carrière als psychiater kon opbouwen. Maar dan krijgt ze nieuws over een meisje dat vroeger in Kabul als een zusje voor haar was en valt de basis onder haar zo zorgvuldig opgebouwde leven weg. Widá ziet maar één uitweg: een oude belofte nakomen en zo het verleden rechtzetten. Zal het haar lukken dat ene verhaal af te maken en voorgoed te laten rusten?

meer over 'In mijn ogen draag ik wolken'