In 1980 schreef gelauwerd schrijver Bob den Uyl het korte verhaal ‘De grote klap’ over een eenzame man die slaapdronken over zijn kat struikelt en zo met een enorme klap met zijn voorhoofd op de hoek van een tafel belandt. Vervelend, maar niet geheel ongebruikelijk, aangezien zijn kat wel vaker in de weg zit. Het verdere verloop van deze dag is echter allesbehalve normaal. Als hij de krant erbij pakt ziet hij tot zijn schrik boven alle onbegrijpelijke en onherkenbare gebeurtenissen het jaartal 2080 staan, in plaats van 1980. Wat doe je, als je wakker wordt in je eigen vertrouwde huis, maar alles daarbuiten plots honderd jaar verder is? Lees dit verhaal, veertig jaar na dato, waarin de dystopische fictie tot nu toe geloofwaardiger is gebleken dan Den Uyl zelf ooit had kunnen voorspellen. Afgezien van de boekwinkels dan, die hebben we gelukkig voorlopig nog wel.